Hoe woont het er eigenlijk..? Deel 13: Stokkeland

U heeft het zich ongetwijfeld ook wel eens afgevraagd wanneer u door Aalsmeer of Kudelstaart reed en uw blik afgleed in de richting van een bepaald woonhuis. Die riante villa aan het water, dat monumentale herenhuis in hartje dorp of dat minuscule woninkje verborgen achter groen: ‘Hoe woont het er eigenlijk..? Deze zondag nemen we een kijkje in het karakteristieke huisje op het Stokkeland.
Je maakt deel uit van de Randstad, maar je woont wel op een welig begroeid schiereiland, aan het water. Je beschikt over een mini-veestapel en tussen het frisse groen, de lentebloemen en de bijzondere soorten kippen, zit je bij mooi weer heerlijk in je in de tuin staande houtgestookte hot-tub.

‘Lucky birds’ zijn ze, het echtpaar Marcel Jongkind en Roger Chapman. Eerstgenoemde is een oer-Aalsmeerder, de wieg van de laatste stond op een boerderij in het Engelse Yorkshire.
Ze wonen op het zogenaamde Stokkeland. Volgens de veel over de historie van Aalsmeer wetende Hans Alderden en vraagbaak voor velen stamt de naam Stokkeland uit de tijd toen de Haarlemmermeerpolder nog een kilometers grote plas was. Er werd daar in die tijd veel gevist, ook door Aalsmeerse vissers, die hun netten droogden op de stokken die op het land stonden opgesteld, laat ons Alderden weten.
We pluizen eerst wat familiebanden uit.
Zwarte Jaap in telefoonboek
Marcel: ”Mijn opa was Zwarte Jaap uit het Farregat. Ja, er is nog een Zwarte Jaap op de Uiterweg, maar mijn opa was  de enige die onder de Z als Zwarte Jaap in het Aalsmeerse telefoonboek stond. Coq Scheltens-Jongkind was mijn tante. We hebben hier ook nog wat werk van haar in huis hangen, ze kwam hier graag.”
Partner Roger Chapman, met wie Jongkind enige jaren geleden is getrouwd, kwam vijftien jaar terug naar Nederland. Nadat hij ons de schoonheid van zijn geboortegrond, de streek Yorkshire waar zijn familie een boerenbedrijf had, heeft geschetst krijgen we bij warme vers gebakken appeltaart een beschrijving van en een rondgang door het Aalsmeerse huis dat als officieel adres Van Cleeffkade 7A heeft.
De woning, door de meeste Aalsmeerders aangeduid als ‘Het Stokkelandhuis’, werd gebouwd in opdracht van het echtpaar Jan en Alberdien Alderden-Maarse. Eind jaren twintig trok het echtpaar, dat kinderloos bleef, in de woning en ze woonden er hun leven lang.
“Alderden en zijn vrouw namen altijd de roeiboot als ze naar dorp moesten, behalve als het in de winter hard gevroren had. Dan liepen ze over het land van hun broer en zwager naar de Stommeerkade toe,” aldus Jongkind. Toen Alderden was overleden en Alberdien naar het Zorgcentrum verhuisde, kon ik hier komen wonen. Ik was niet onbekend bij de gemeente en was er vele jaren in dienst als milieu-inspecteur.”
Problemen
Er volgt een lang verhaal over de problemen rondom het huis dat drie jaar leeg stond. Na veel voor een leek wat ondoorzichtelijke procedures en onverkwikkelijke discussies over een in Jongkinds ogen onterecht opgelegde huurverhoging, kwam het via een rechtszaak uiteindelijk tot het resultaat dat de twee mannen in het huis konden blijven wonen.
“We hebben allebei best twee rechterhanden en we hebben het interieur van het huis dat inmiddels gemeentelijk monument is, geheel aan onze smaak aangepast.”
Beiden hebben een werkkring in Amsterdam. Marcel (54) is dagelijks in de RAI. “Ik help daar de organisaties met het aanvragen van de juiste vergunningen.” Partner Roger (48) is leraar aan de in 1978 in Amsterdam gevestigde Internationale British School.
Als een warme jas
Elke dag werkend in het hectische Amsterdam moet het een verademing zijn hier dagelijks terug te keren in een bijna pastorale omgeving van groen en water. Hebben ze veel veranderd aan het huis?
“Er is ook veel in de oorspronkelijke staat gebleven. Het plafond bijvoorbeeld is origineel. Er zaten veel Jugendstil-elementen in het huis en ook die hebben we zo gelaten. De grote kast en ook de klok van de familie Alderden zijn gebleven. In het huis overheersten de muisgrijze tinten, dat hebben we wel veranderd. In totaal is het huis 70 vierkante meter. Niet groot, maar het zit ons als een warme jas.”
De hobby’s van de bewoners zijn veelzijdig. Er is een prachtige Bang & Olofsen muziekinstallatie en beiden zijn dol op technische gadgets. Zo is hun beider hobby het bezig zijn met Lego. Marcel demonstreert zijn neus voor technische foefjes als met een simpele druk op een knopje in zijn hand de lampjes van de op de hoge kast staande Lego-autootjes gaan branden (“leuk, hè…”)
Een kleine woning, maar uiterst praktisch ingericht. Een keuken met moderne apparatuur, een eet/hobbykamer en verscholen in de gang de douche.
Bier in de kruiwagen
Over de steile trap komen we in de bovenverdieping waar zich de slaap- en logeerkamer bevinden. De Alderdens namen een groot deel van hun leven de roeiboot als ze boodschappen gingen doen. Hebben ze die gewoonte in ere gehouden?
“Nou nee, wij doen het anders. Sinds de houten brug richting Raadhuis er is gekomen nemen we een kruiwagen als we naar Albert Heijn op het Praamplein gaan,” zegt Roger. Ik vermoed dat de mensen wel eens vreemd zullen opkijken als ze mij met een kruiwagen en daarop een krat bier door de Zijdstraat zien lopen, maar het is heel gewoon voor ons en via het pad achter het Raadhuis komen we zo gemakkelijk thuis.”
Weet de postbode het huis te vinden? “Nee, de post halen we op achter de Bruna. En voor onze auto hebben we een vaste plaats naast het Raadhuis. Aanvankelijk stond de auto in de Seringenstraat, maar dan moesten we steeds de parkeerschijf gaan verzetten, dat was geen doen.”
Over het pad dat voert langs het atelier van Carla Huson komt men in  het openbare kleine bos waar zich nog wel eens, zo zeggen beiden, ‘vreemde zaken’ afspelen en, naar ze vermoeden, allerlei onduidelijke dingen worden gedumpt. “Maar er komen in de weekends ook veel wandelaars langs. Vaak bekenden en dan wuiven we naar ze als we lekker in onze houtgestookte hot tub zitten.”
Is Alberdien Alderden nog wel eens terug geweest in dit huis, waar ze haar leven lang woonde? Marcel:”Ik ben haar wel een paar keer in het Zorgcentrum gaan opzoeken, maar nog eens hier terug komen om alles te bekijken, nee dat wilde ze niet meer.”
Tekst Leni Paul, foto’s Arjen Vos
Eerder verschenen in deze serie

5 reacties

  1. Je kunt een gemeentewoning wel verhuren als “dienstwoning’ aan je ambtenaar/werknemer als dit noodzakelijk is voor een goede taakinvulling. Ook mag de werknemer feitelijk niet kunnen afzien van de bewoning daarvan. De werknemer heeft dus geen keuze als het gaat om het al dan niet betrekken van de woning. Liggen de verhoudingen tussen werkgever en werknemer (huurder) anders dan is er meestal sprake van een zgn. ‘lokwoning’, een gewone (bedrijfs)huurwoning waarbij de huurder o.a. recht heeft op huurbescherming.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *





banner_martinez
adv desiree klein
mjk-advies
LJ-de-Vries
S4H
flower art museum
historische tuin
adv-Toneel
banner_martinez
adv desiree klein
mjk-advies
LJ-de-Vries
S4H
flower art museum
historische tuin
adv-Toneel