Mensen met kleine beurs niet welkom in Aalsmeer

Door: Joop Kok. Het coalitieprogramma was er duidelijk over: door de gestegen huizenprijzen wordt het segment van sociale huurwoningen en goedkope koopwoningen in Aalsmeer steeds kleiner. Mensen met een kleine beurs hebben steeds minder kans op een huis. De conclusie was dan ook dat het percentage ‘goedkoop’ moest worden opgetrokken naar 35 procent. De inkt van de ondertekening van het programma was nog niet droog of er werd met diezelfde pen een overeenkomst ondertekend met een projectontwikkelaar om in de Oosteindedriehoek 853 woningen te bouwen waarvan maar 25 procent in het goedkope segment. Zie: Officiële mededelingen 22 december 2022. Het was van dezelfde hand die met dezelfde pen een jaar eerder een motie had ingediend, mede namens AA, GroenLinks en PvdA om dat percentage naar 30 procent op te trekken. “Jongeren en starters weet waar je volgend jaar maart op stemt,” sprak de mond toen vol overtuiging.  We weten inmiddels wat die woorden van deze wethouder waard zijn. Het vertrouwen in de politiek, dat men wilde verbeteren, wordt hierdoor juist geschaad. Wonen in Oosteindedriehoek stapje dichterbij.

30 Procent sociale huur
Op 14 maart verscheen er een raadsbrief om op 15 maart een woondeal met de Metropoolregio Amsterdam (MRA) te ondertekenen. Dat is een samenwerkingsverband van 30 gemeenten, dat zich uitstrekt van Velsen tot Lelystad, van Beemster tot Haarlemmermeer en van Haarlem tot Hilversum. Gezamenlijk en in overleg met het Rijk en de provincie Noord Holland en Flevoland, heeft men een programma opgesteld om het woningtekort terug te dringen. Een van de afspraken was om voor voldoende betaalbare woningen te zorgen. Gemeentes moeten toegroeien naar 30 procent sociale huur van de totale voorraad en bij nieuwbouw moet twee derde deel betaalbaar zijn. Dat wil zeggen: een huur tot max 1000 euro per maand en koop tot 355.000 euro.

Aalsmeer beschikt over een laag sociaal huurpercentage, slechts 18 procent corporatie en 6 procent particulier. Om aan die 30 procent over het totale aanbod aan woningen te komen, zou, met aanvankelijk nog ruimte voor 2000 woningen, er 1400 in het sociale segment gebouwd moeten worden. Maar, dat was nog voor ondertekening van het Oosteindeproject. Dat houdt in dat de resterende 1148 woningen allemaal in de sociale sector moeten worden gebouwd om in de buurt te komen van die 30 procent.

Onderbouwd afwijken 
“Naast dat dit de (financiële) haalbaarheid van projecten in het geding brengt, realiseren we op deze manier ook niet de gemengde, toekomstbestendige wijken die Aalsmeer voor ogen heeft,” aldus het college van AA, CDA, VVD en D66. Argumenten die werden ingezet om na een dag na ondertekening van de MRA woondeal, gebruik te maken van de mogelijkheid om ‘onderbouwd’ af te wijken.

Probleem doorgeschoven
Jelle Buisma van de PvdA en Ronald Fransen van GroenLinks zijn het met deze gang van zaken niet eens. Volgens hen zijn de belangen van de woningzoekenden verkwanseld ten voordele van de belangen van de ontwikkelaars. “Neem als voorbeeld de Oosteindedriehoek, net voor het van kracht worden van de woondeal wordt er even gauw, tegen alle kiezersbeloften van AA en D66 in, een project ondertekend waar maar voor 25 procent sociaal gebouwd hoeft te worden. We kunnen dan ook als GroenLinks en PvdA niet anders concluderen dan dat Aalsmeer geen mensen met een kleine beurs wil. Bij het project Westeinderhage gaven het CDA en AA aan dat ze het niet iedereen naar de zin kunnen maken. Wie ze daarmee met name bedoelen is nu wel duidelijk. En met het eind van de bouwmogelijkheden in zicht, is het probleem van betaalbare huisvesting doorgeschoven naar onze buurgemeenten. Is dat overlegd met hen? Konden ze zich daar in vinden? En onze jongeren en starters, wat vinden die daarvan, dat ze moeten verhuizen naar buurgemeenten? En het aantal woningen dat we nog kunnen bouwen, voor hoeveel procent wordt dat betaalbaar? En wat bedoelt het college met: gemengde, toekomst-bestendige wijken die Aalsmeer voor ogen heeft? Wie heeft dat en waar is dat vastgelegd?”

Transparant debat
“Wanneer een raadsbrief zoveel vragen oproept, aldus Buisma en Fransen, dan wil je die met elkaar in de raad bespreken. Dat idee hebben we ook ingediend en er waren al afspraken gemaakt met insprekers uit buurgemeenten. Toen we echter te horen kregen dat er niet mocht worden ingesproken, zagen we er vanaf. In plaats daarvan hebben we schriftelijk vragen ingediend en roepen we op tot een open en transparant debat over dit onderwerp. Wij vinden inspraak van burgers en organisaties cruciaal bij het maken van beslissingen die de leefbaarheid en betaalbaarheid betreffen van de woningen in onze regio.”