Burger zegt vertrouwen in B&W op en stapt naar minister

Kudelstaarter Dick Lookman heeft minister Ronald Plasterk van binnenlandse zaken maandag een brief gestuurd met het verzoek in te grijpen in de “bestuurlijke situatie in Aalsmeer”. Lookman is het helemaal zat. Eerder al, op 18 februari, had hij de burgemeester, de wethouders en ook de raadsleden geschreven het vertrouwen in hen op te zeggen.

Het gebeurt (waarschijnlijk) niet dagelijks dat een Aalsmeerse burger zich rechtstreeks tot het complete gemeentebestuur en een minister wendt. Bovendien heeft hij een afschrift van de brief aan Plasterk bij commissaris van de koning Johan Remkes in Haarlem afgeleverd, die de 'baas' is over de Noord-Hollandse gemeenten.

In beide brieven uit Lookman zich in weinig vleiende bewoordingen over B&W. Hij verwijt hen te liegen en hun ambtseed te schenden en beschuldigt hen van onbehoorlijk bestuur.

Vragen oppositie
Het opzeggen van het vertrouwen in B&W was voor de oppositiepartijen PACT en VVD direct aanleiding om er op de gemeenteraadsvergadering daags erna publiekelijk vragen over te stellen. “De inhoud van de brief komt er op neer dat de gemeente tot twee keer toe niet juist gehandeld heeft met betrekking tot het verstrekken van informatie en dat er verschillende keren door B&W gelogen is,” vatte PACT de brief aan B&W samen.

De fractie vermeldde er tevens bij dat de rechter Lookman onlangs tweemaal in het gelijk heeft gesteld in een beroepszaak tegen de gemeente. “Het is spoedeisend, als het waar is,” lichtte PACT-fractievoorzitter Ronald Fransen toe. “Ook wij schrokken heel erg van de inhoud van die brief, als het waar is,” voegde VVD-collega Robert van Rijn eraan toe. Op zijn beurt vond verantwoordelijk wethouder Gertjan van der Hoeven het “een stevige brief” en “stevige feiten”.

Andere duiding
“Een deel van de feiten kan kloppen,” stelde de wethouder, maar aan Lookmans “duiding” schort in zijn ogen het nodige. De rechtszaken draaien om Wob-verzoeken (Wob staat voor Wet openbaarheid van bestuur) van Lookman, die de gemeente vroeg om openbare stukken die zijn kijk op de kern van de zaak zouden kunnen verduidelijken.

Kern van de zaak: twee-onder-een-kap-woningen aan het begin van Geerland, op de hoek met de Bilderdammerweg. Het is een onder architectuur gebouwde dubbele woning die oorspronkelijk geheel bruin was, maar waarvan het ene deel reeds jaren geleden wit is gemaakt.

Van bruin naar wit
Het is Lookman altijd een doorn in het oog geweest dat de gemeente het begrip
'architectonisch ensemble' met de kleur- en ook materiaalverandering heeft losgelaten. Wat hem steekt is dat B&W en de welstandscommissie de originele, bruine, staat niet als uitgangspunt bij de beoordeling van latere bouwaanvragen hebben genomen, maar de veranderde, bruin-witte, staat.

De Kudelstaarter wilde met zijn Wob-verzoeken het door B&W gevoerde welstandsbeleid doorgronden en boven water halen of er in de tijd dat de kwestie speelde soortgelijke gevallen waren waarbij van de bestaande, van het origineel afwijkende, situatie is uitgegaan. Oftewel heeft B&W het principe gelijke monniken gelijke kappen wel juist gehanteerd?

Achtergehouden
Het verkrijgen van documenten bleek evenwel niet zo simpel. Volgens Lookman zijn er “steeds bewust documenten achtergehouden” en bovendien is “het bestaan van documenten ontkend”.

Op de raadsvergadering meldde Van der Hoeven dat de kwestie “al vanaf ongeveer 2008” speelt. Hij zei niet uit te zijn op “eindeloze juridische procedures”, maar “altijd” te proberen “in overleg te blijven” met de burger. Verder gaf hij aan dat de gemeente mediation had aangeboden, iets wat door Lookman “helaas is afgewezen”. Opzettelijk informatie achterhouden? Daarvan is “absoluut geen sprake geweest”.

219 A4'tjes
De wethouder schatte dat Lookman “ongeveer één meter papier heeft ingezien”. Daaruit kreeg hij kopieën toegezonden, volgens diens telling “219 A4'tjes, om precies te zijn 2,5 cm papier”. Dat verschil in 'beleving' – en er zijn legio andere voorbeelden van – toont aan dat de kwestie-Lookman een welles-nietesspelletje geworden is, waar voor de niet-ingewijde niet of nauwelijks een touw aan is vast te knopen.

De uitspraken die de wethouder op 19 februari over de zaak deed, heeft Lookman vorige week onder een vergrootglas gelegd en uitgebreid van volgens hem “feitelijk” commentaar voorzien. De Kudelstaarter concludeert in het stuk dat B&W “niet van plan is met Lookman tot een oplossing te komen buiten procedures”. Dit terwijl hij zelf “meermaals” met “uitgestoken hand” tot een oplossing wilde komen.

Geen dialoog
Lookman heeft een aantal stukken als bijlagen meegestuurd in zijn brief aan Plasterk. Daarin geeft hij onder meer aan dat er in het Aalsmeerse dorpsbestuur van “ernstige taakverwaarlozing” sprake is. B&W laat het “voortdurend aankomen op lange rechtbankprocedures”, ook bij andere burgers.

“Men doet geen enkele poging die te voorkomen door de dialoog aan te gaan, te trachten tot een onderhandelde oplossing te komen. Betrokkenen worden niet serieus genomen. De Aalsmeerse bestuurders verschuilen zich achter ambtenaren die vanuit de gemeente Amstelveen worden ingehuurd en hun taak op belangrijke onderdelen ernstig verwaarlozen,” schrijft Lookman aan de minister.

Wat nu? Lookman, die in deze kwestie vaker tegenover de gemeente stond (twee van zijn klachten tegen ambtenaren zijn gegrond verklaard), had tijdens het hele traject “fairplay” van  B&W verwacht. “En dat ze zich houden aan de ongeschreven en geschreven regels van behoorlijk bestuur. Daar is het te laat voor. Er is geen vertrouwen meer.”

Reactie gemeente

De gemeente heeft vóór publicatie inzage gehad in het artikel en kwam met de navolgende officiële reactie: “De gemeente is van mening dat zij voortdurend heeft geprobeerd om te overleggen met de heer Lookman. We hebben hem ook mediation aangeboden om met behulp van een onafhankelijke derde tot een oplossing te komen. De heer Lookman heeft het aanbod van mediation echter niet aanvaard. Voor wat betreft de inhoudelijke juridische procedures in de zaak om de witte kozijnen is de gemeente tot op het hoogste niveau door diverse rechters in het gelijk gesteld. Omdat de heer Lookman ook na deze uitspraken grote aantallen brieven bleef sturen en telefonisch contact bleef zoeken, behandelt de gemeente zijn verzoeken sinds februari 2013 als die van een 'notoire klager'. De nationale ombudsman heeft dit besluit als redelijk, evenredig en behoorlijk beoordeeld. Desalniettemin biedt de gemeente, tot op de dag van vandaag, de heer Lookman aan om met ons in gesprek te gaan over deze zaak, maar daar gaat hij helaas niet op in.”

Foto's: het 'architectonisch ensemble' aan Geerland, op de hoek met de Bilderdammerweg. De maquette geeft de oorspronkelijke staat in 1980 aan, met de bruine kleuren. Op de foto boven heeft Dick Lookman wit beplakt wat volgens hem nog bruin had moeten zijn. (foto's Arjen Vos). Portret: wethouder Gertjan van der Hoeven (foto AV-archief).

6 reacties

  1. Of je maakt links ook wit/crème, wit is het nieuwe Bruin, scheelt een hoop gemeenschapsgeld…

  2. @John van der Laarse. Prima idee! Vooral als partijen vertrekken van de uitspraken van de wethouder tijdens het vragenkwartiertje in de raadsvergadering van 19 februari. Dick heeft die schriftelijk van commentaar voorzien en het resultaat aan de wethouder voorgelegd. Die komt dus beslagen ten ijs. Petje af voor de wethouder als die de uitdaging aangaat.

  3. Als neutrale Aalsmeerder lijkt het mij hoog tijd worden voor een openbaar debat tussen de heer Lookman en wethouder Van der Hoeven op Radio Aalsmeer, bijvoorbeeld in het programma ‘Aalsmeer Politiek’ op zaterdag. Om snel duidelijkheid te verschaffen voor de burgers stel ik voor om dit debat te laten plaatsvinden in de uitzending van morgen, 7 maart.

  4. Win het vertrouwen terug. Waarom wordt de verwijdering tussen de burger en de politiek en met name die in Aalsmeer, alsmaar groter en groter? Worden de burgers mondiger of wordt de politiek afstandelijker gemaakt door hun eigen procedures? Het is in- en intriest om te lezen hoe ver de heer Lookman wil en klaarblijkelijk moet gaan om het gevoel van vertrouwen terug te krijgen in zijn bestuurders van Aalsmeer. Als niet-ingewijde matig ik mij geen oordeel te geven over deze zaak, maar ik permitteer me wel als medeburger om op morele grond openlijk achter de heer Lookman te gaan staan, ter uitlokking om nu eindelijk eens op deze wijze de politiek te laten weten dat het vertrouwen in onze politieke bestuurders van Aalsmeer aardig op de proef wordt gesteld naar zijn burgers toe. Misschien is de oproep van de heer Box wel het juiste antwoord op dit moment: Politiek zoek samen met ‘betrokken burgers’ naar een oplossing en geef de heer Lookman zijn vertrouwen in u hopelijk weer terug.

  5. De reactie van de gemeente is typerend voor de manier waarop Aalsmeerse bestuurders omgaan met inwoners. Eerst zet men de welstandscommissie het mes op de keel om na een negatief advies, in strijd met de welstandsnota en bouwverordening, alsnog een positief advies af te geven waardoor toch een vergunning kon worden verleend aan de nieuwe eigenaar voor verdere, drastischer ingrepen in het gebouw Geerland 1-3 dan de ingreep die door de vorige eigenaar al was gedaan. Vervolgens laat men mijn schriftelijke bezwaren onbeantwoord en stuurt mij een gewapende politieagent op mijn dak omdat een ambtenaar zich “ongemakkelijk” voelde over mijn vasthoudendheid. Politiebureau Elandsgracht Amsterdam Afdeling Juridische Zaken schrijft hierover dat de agent in het politiesysteem [correct] meldt: “Aangezien hij [Lookman] bij de gemeente geen antwoord op zijn brieven krijgt is de heer Lookman hierin volhoudend en wil hij antwoorden teneinde het proces / bezwaar voort te zetten.” Dat de Raad van State mijn beroep heeft afgewezen gebeurde omdat de gemeente zich listig beriep op het begrip “trendsetter” en op “het voorschrift” dat de welstandscommissie moest uitgaan van “de bestaande, [door de vorige eigenaar] gewijzigde situatie”. Welnu, deze argumenten zijn volstrekt vals, deze zaken staan niet in de welstandsnota en twee Aalsmeerse bouwkundigen bevestigen mij dat het college in geen enkel ander geval vergunning heeft verleend waarbij moest worden uitgegaan van de “bestaande, gewijzigde, situatie.” Dat duidt op bestuurlijke willekeur. Toen ik daar onderzoek naar deed en interne stukken opvroeg met een beroep op de Wet Openbaarheid van Bestuur (WOB) werkte het college mij tot in het absurde tegen om te voorkomen dat ik bewijzen in handen kreeg. De Bestuursrechter heeft het college hiervoor tot tweemaal toe op de vingers getikt. Het college was in deze zaak niet te goeder trouw, het liet zich in de contacten ondersteunen door tal van externe adviseurs, juristen en een leger ambtenaren. In zo’n klimaat is mediation een gepasseerd station. Om na dit alles nog te durven schrijven dat ik tot op de dag van vandaag niet inga om “met ons” in gesprek te gaan versterkt het beeld van een college dat niet te goeder trouw is. Het college heeft geen enkel initiatief genomen om alsnog tot een minnelijke schikking te komen. Met onwillige honden is het slecht hazen vangen. Dit college heeft voor mij elke geloofwaardigheid verloren.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *




banner_martinez
adv desiree klein
mjk-advies
LJ-de-Vries
S4H
adv flower art 1
historische tuin
banner_martinez
adv desiree klein
mjk-advies
LJ-de-Vries
S4H
adv flower art 1
historische tuin