Martijn van Dam: van zeeman naar olijfbomenteler

Door Leni Paul. Ze verlieten als geboren en getogen Aalsmeerders onze gemeente en bouwden elders een bestaan op. Na Jan Willem van der Boon nu Martijn van Dam, goed voor een boeiend verhaal.

Martijn werd in 1971 in Aalsmeer-Oost  geboren, doorliep de Johan Frisoschool, ging daarna naar het Snellius, maar heeft sindsdien al snel Aalsmeer verlaten. Van jongs af aan heeft hem de wijde wereld getrokken. “Toen de klassenleraar eens vroeg naar ieders toekomstplannen heb ik gezegd: ik ga naar Tibet.”

In Tibet is hij nooit gekomen, maar alle wereldzeëen en een groot deel van de wereld heeft de inmiddels 50-jarige Martijn van Dam wel gezien. Al gauw na zijn middelbare schooltijd vond Martijn van Dam, goed voor veel interessante verhalen, een plaatsje op een vrachtschip waar hij als OG-(onder gage)matroos aanmonsterde.

“OG, dat hield in dat ze je niet de volle gage hoefden te betalen. Ik was de enige Nederlandse matroos aan boord, de bemanning kwam van de Kaapverdische eilanden. Ik ben op die reis bijna overal geweest, Maar nee, niet in Tibet. Ik was in Italië opgestapt, dat vrachtschip voer vooral tussen Amerika en Zuid-Amerika. Uiteindelijk voeren we van Rio de Janeiro naar Rotterdam en daar ben ik afgemonsterd.”

Zijn besluit na die scheepservaring stond vast: ik wil naar de HTS-opleiding op de Hogere Zeevaartschool. ”De opleiding duurde vier jaar, maar inmiddels werkte ik ook al bij Karin (Eveleens red.) met wie ik al 26 jaar mee samen ben. Karin was toen als makelaar gevestigd in  het pand waar onder meer voordien diverse ondernemingen zoals een sigarenwinkel en Bobs bloemen waren gevestigd.”

Holland-Amerika Lijn
En wanneer kwam de grote vaart als serieuze baan in zicht? “Op een gegeven moment kwam Karins vader met een advertentie aanzetten van de Holland- Amerika Lijn. Ze vroegen een werktuigkundige. In die functie moet je er onder meer voor zorgen dat het licht brandt. Ik werd aangenomen, stapte in Tampa in Amerika aan boord van de ms. Nieuw Amsterdam. De eerste reis ging door het Panamakanaal. Of ik het direct leuk vond? Nee( (filosoferend) Maar het is in mijn voordeel geweest dat die eerste reis niet zo leuk was zodat het later alleen maar leuker kon zijn en zo gebeurde het ook. Mijn carrière binnen de Holland Amerika Lijn ging vrij vlot een zo werd ik daar uiteindelijk environmental officer. In die functie heb ik op alle schepen van de vloot gevaren. Dat was heel leuk ik kwam met allerlei verschillende kanten van het leven aan boord in aanraking, met milieuvraagstukken, management, maar ook met praktische zaken. Zo’n schip is net een dorp, alles is er: sterrenrestaurants, nachtclubs, casino, winkels, zwembaden, spa, beautysalons en wat niet meer. In mijn functie mocht ik me overal mee bemoeien. Het gaf me de mogelijkheid veel te leren.”

Je komt leergierig en nieuwsgierig over. “Ja,mijn functie als stafofficier was onderdeel van het dagelijks bestuur van een schip. Het is een groepje van vijf. De kapitein, de hoofdwerktuigkundige, de stuurman, de hotelmamager en de environmental officer. Deze laatste moet er voor zorgen dat wat er allemaal wordt bedacht binnen de wet valt. Je hebt met veel regelgeving te maken, onder meer van de Internationale Maritieme Organisatie en omdat het een Nederlands schip is, ook met de Nederlandse wetten, want zo’n schip is een stukje Nederlands grondgebied.”

Niet alleen maar glamour
Dankzij een enthousiaste, met veel details doorspekte uitleg van Martijn krijgen we inzicht in de vele kanten van de cruisewereld waarvan wij doorgaans alleen de glamourbeelden van cocktails drinkende, flirtende en dansende passagiers op het netvlies hebben. Martijn: ”Ik was veel bezig. Als je op een schip werkt sta je aan of uit. Je slaapt of je werkt. Overal alert op zijn en aandacht voor hebben.”

Nooit het Titanicgevoel gehad? “Van een grote dreiging is nooit sprake geweest. Ik heb in die jaren wel zeven branden meegemaakt. Aan boord van een schip maakt iedereen deel uit van het brandweerteam. Ik heb me nooit bedreigd gevoeld, heb altijd vertrouwen gehad in het team en de de techniek.”

Problemen
Een korte periode verruilde Martijn zijn werkkring op het schip voor een functie aan de wal. “De Holland Amerika Lijn, de HAL, is een Amerikaanse onderneming en ik werd gevraagd om een paar maanden op het hoofdkantoor in Seattle te komen werken. Er waren wat problemen, het bleek dat nieuw aangenomen werktuigkundigen na een eerste reis  de HAL al weer verlieten. Ik ben voor een oplossing van het probleem bij mezelf te rade gegaan. Mijn eerste reis was niet leuk en het had best moeite gekost het een tweede kans te geven. Het duurt zeker vier maanden  om uit te vinden wat er eigenlijk gebeurt op zo’n boot. We hebben toen een studieprogramma ontwikkeld voor nieuw aangenomen officieren. Zo waren ze beter voorbereid op de eerste, wat verwarrende maanden van hun reis. En het werkte, ze bleven bij de club.”

Je jongensdroom, naar Tibet reizen, mag dan tot nu toe niet zijn gerealiseerd, maar je had inmiddels wel in diverse woonplaatsen gewoond. Zo was je na Seattle geruime tijd woonachtig in Manilla in de Philippijnen om daar nieuw  personeel voor te bereiden op een beroep op zee. Je woonde ook geruime tijd in Venetië waar het nieuwe schip de Koningsdam werd gebouwd. Inmiddels had je in 2003 al een stuk grond gekocht in  Spanje.Waarom?

Boerderij als ideaal
Martijn:”Ja, dat is een lang verhaal. In mijn cruiseleven was ik doorgaans vier maanden op zee en dan weer twee maanden thuis. Als je vaart kun je natuurlijk overal wonen en ik had van jongs af aan al een boerderij in mijn hoofd. Met mijn vader bezocht ik elk weekend een boer in de Haarlemmermeer. Ik vond het leuk, dacht daar vaak over na en op een gegeven moment besloot ik dus in 2003 grond te kopen. Op een cruiseschip werkend geef je weinig geld uit, dus ik had gespaard. Natuurlijk ging ik met verlof ook wel naar Aalsmeer, maar ja, iedereen is aan het werk, je kan niet elke dag op visite gaan. In de zomer vermaakte ik me wel met een zeilbootje op de Poel, maar in de herfst vond ik het allemaal wel donkeer en grijs hier. Ik kocht in Spanje een ‘finca’ van een paar hectare in de buurt van Alicante met daarop een schuurtje en ik heb toen een paar pallets blokstenen gekocht en ben begonnen met bouwen. Elk verlof een stukje verder.”.

Olijfbomen
Je moet wel durven. “Ach, al doende leer je. Het ging heus niet altijd goed, maar ik had de tijd om het over te doen. Ik ben best handig en ik zag het helemaal voor me. Het is een historisch gebied, al 2000 jaar agrarisch, een stuk land met een geschiedenis waar diverse volkeren hun sporen hebben achtergelaten. Het was ooit een amandelgebied. De naam Costa Blanca komt van de bloeiende amandelbomen met hun witte bloesems. Op mijn land staan nog muurtjes die door de Romeinen zijn gestapeld. Inmiddels heb ik er een paar honderd olijfbomen en over enkele jaren hopen we daarvan te oogsten. Het huis is langzaam maar zeker organisch ontstaan. Steeds een stukje er bij. En nu zelfs ook een zwembad.”

Wist je iets af van de teelt van olijfbomen? “Nee en de eerste aanplant werd dan ook al gauw belaagd door konijnen die de planten opvraten. Inmiddels ben ik er achter gekomen dat je het onkruid op zo’n akker moet laten staan, dan eten konijnen dat op en laten de olijfplanten staan. Het is nu drie jaar geleden dat ik de bomen heb geplant en het groeit nu allemaal goed, de konijnen laten ze met rust.”

En inmiddels verliet je een paar jaar geleden de cruisewereld, werd agrariër en grondbezitter in Spanje en ligt je maritieme bestaan al weer vele jaren achter je.

Dicht bij de natuur
Jij en je partner reizen regelmatig naar elkaar toe. Bindt je verder nog iets aan Aalsmeer? “Ik ben hier geboren, mijn moeder woont hier en wat goede vrienden.  maar ik voel me volkomen thuis in mijn door mij zelf gebouwde huis in Spanje. De ruimte, de rust, de schone lucht, de kleine gemeenschap van mensen waar ik nieuwe vrienden heb gemaakt van over de hele wereld. Soms zie  ik een vos op mijn pad, je bent zo dicht bij de natuur. Het is in Aalsmeer zo vol, ik ruik de niet- schone lucht, nee, ik zou hier niet meer willen wonen.”

Mis je ‘t zeemansleven? “Ik haal de mooie momenten terug, de zon die net onder gaat, de sterrenhemel. Op zee kon het ‘s nachts zo mooi donker zijn. Gelukkig is het in Spanje donker genoeg om de Melkweg te kunnen zien.”

En hoe breng je verder de dagen door want olijfbomen hebben geen dagelijkse verzorging nodig, zo lijkt me. “Ik maak meubels, tafels, stoelen en daar is belangstelling voor. En ook ben ik gaan filmen. Ik maak kleine producties voor campings, b&b’s, kunstenaars en voor het kantoor van Karin. Het materiaal wordt opgestuurd en ik maak er een filmpje van. Dan is er deze zomer ook de zorg voor vier bij mij op het land achtergelaten hondjes bijgekomen.”

En de jas die je vandaag draagt is ook uniek. “Ja, die heb ik zelf gemaakt. Een mens kan meer dan je soms denkt.”

Foto’s Jaap Maars

3 reacties

  1. Mooi en inspirerend verhaal Martijn. De filmpjes vanuit Spanje die ik heb gezien laten een indrukwekkend bouwwerk, landschap en ‘boeren leven’ zien. Dat het jou en Karin goed mag blijven gaan.

  2. Mooi verhaal Martijn. Ik heb je altijd een inspirerende, positieve man gevonden. Geweldig dat je daar je plek gevonden hebt. Veel succes en een gelukkig leven daar.

  3. Wat een mooi verhaal ,heb het met veel plezier gelezen .
    Veel succes in Spanje 🇪🇸

    Gr Ria

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *





banner_martinez
adv desiree klein
mjk-advies
LJ-de-Vries
S4H
flower art museum
historische tuin
adv-Toneel
banner_martinez
adv desiree klein
mjk-advies
LJ-de-Vries
S4H
flower art museum
historische tuin
adv-Toneel