Columnist Rinus Zuidervaart: mooie straat, de Overtoom

De Overtoom droogde op na een frisse bui en werd nu verlicht door een gouden opgaande zon.

Er is werk in uitvoering op de stoep. Daardoor staat er rechts van mij een hekwerk waar ik me in geval van nood wel aan zou kunnen vastklampen. Het zand werd driftig aangedrild. En samen met met het geluid van auto’s en trams  zijn er genoeg prikkels die de concentratie zouden kunnen verstoren. Maar ik beende dapper verder met loopstok in de rechterhand.

Ik keek kort naar de gevels links en rechts hoog boven mij. Beetje riskant.  Vroeger was deze straat toch water? Schuitje varen theetje drinken enzo… Enfin maar eens googelen later. Nu lopen.

Links tegenover mij kwam een keurige vrouw met een klein hondje me tegemoet. We passeerden elkaar, de dame viel bijna door een losliggende tegel. Ze maakte een acrobatische rondedans, maar op bleef op de been. Ze keek me met guitige oogjes aan. “Flikker ik bijna op m’n muil,” in onvervalst Amsterdams.

Ik loop verder destination unknown. Lopen om te lopen, maar niet omdat ik ergens moet zijn. Een vrouw verlaat een bakkerij, wurmt zich door het hekwerk en loopt voor me. In de ene hand een half wit gesneden, in de andere een zak met bolletjes en croissants. Ze was zomers gekleed.

Rokjesdag of niet, maar onder haar vrolijk gestippelde jurkje staken een paar welgevormde benen. Wijlen Godfried Bomans zou zeggen: had mijn vrouw maar één zo’n been. Cynisch, juist nu ik net het pand verliet waar sommige patiënten druk doende zijn te wennen aan het pijnlijke idee om met één been verder te moeten.

Een stratenmaker gaf nog één klap met een rubberen hamer. En keek haar een volle tien seconden na. “Meissie mag ik een foto van je, dan ken ik ze thuis laten zien wat ik voor sinterklaas wil.” Ze reageerde niet. Dat wordt vast geen brunch met die twee.

Een jongen op de fiets met Kruidvatfolders haalde me links in en remde met volle kracht, mij min of meer klem zettend. “Bent u gevallen of zo?’’ vroeg hij, me onderzoekend aankijkend. Nee, ik heb een tijdje geleden een probleem met mijn hoofd gehad waardoor een deel zonder zuurstof kwam te zitten. Dat maakt dat ik loop zoals ik nu loop.

Geen uitleg waarmee studenten geneeskunde met rode koontjes in de collegebanken blijven zitten, maar voor nu wel genoeg, lijkt me. “U wordt toch wel weer beter hè?” Mijn imitatie van een sombere smiley was voldoende.

“In de Arena hebben ze speciale plekken voor jullie.” Sinds ik de namen van het halve team niet meer kan uitspreken, ben ik afgehaakt. Ik vervolgde mijn weg. Het broodmeisje met de bolletjes vlucht een portiek in.

Mooie straat de Overtoom.

Rinus Zuidervaart is volgens eigen zeggen “parttime inwoner van deze fraaie gemeente”. Wekelijks vier dagen cliënt van Dagbesteding Heliomare aan de Zwarteweg. Liep hersenletsel op in 2005, waardoor hij “plotsklaps een beperkte medemens” werd. Heeft na deze grote optater toch draad weer opgepakt. Vermaakt zich onder meer met schrijven, van al dan niet waar gebeurde, kleine belevenissen.

 

 

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *





banner_martinez
adv desiree klein
mjk-advies
LJ-de-Vries
S4H
flower art museum
historische tuin
adv-Toneel
banner_martinez
adv desiree klein
mjk-advies
LJ-de-Vries
S4H
flower art museum
historische tuin
adv-Toneel