Gaat het bij Kunstroute om kunst of socialiseren?

(Foto Joop Kok)

Door Joop Kok (Beschouwing). Bij de opening van de 23ste kunstroute stelde Pierre Tuning het volgende: Bij de pogingen, de beeldtaal te intensiveren en de grenzen van de expressiviteit op te zoeken, komt de kunstenaar zichzelf tegen. Dat is niet ‘mooi’, dat is niet ‘leuk’, dat is niet ‘gezellig’ of ‘decoratief’; het moet ‘waar’ zijn, het moet ‘waarachtig’ zijn, het moet ‘eerlijk’ zijn – ‘tot op het bot’.

Voor Pierre is kunst pijn, moeite, verdriet, gekte, grenzeloosheid, tot aan het vertonen van de meest uitzinnige, maniakale uitspattingen. In de kunst gaat het om het opzoeken van de uiterste uithoeken van de menselijke geestkracht. Kunst ontstaat pas, als de kunstenaar in staat is in een voortdurend proces van zelfkritiek met zijn medium bezig te zijn. Dat brengt risico’s met zich mee, die je niet van alle zich noemende kunstenaars kunt eisen. Maar het bepaalt de kwaliteit. En dat wordt steeds meer vergeten. Vindt Pierre.

Gemodder
Het is duidelijk, Pierre stelt hoge eisen aan de kunst en zijn maker. In hoeverre het niveau van de kunstroute daar aan voldeed, daar liet hij zich niet over uit. Jammer, als criticus en bestuurslid van KCA die de organisatie in handen had, mag je toch op zijn minst verwachten dat hij aangeeft hoe hij denkt zijn opvatting over kunst te realiseren. Is er bijvoorbeeld een kritische selectie over wie deelneemt? Gaan de locatiehouders er wel op uit om goede kunstenaars aan te trekken? Hebben ze voldoende kennis om dat waar te maken? Zolang je je met dat soort vragen niet bezig houdt dan blijft het aanmodderen. En ik moet zeggen; het was gemodder.

De auteur in gesprek met Reint Baarda (Foto Arjen Vos)

Maniakaal   
Mijn lichtpunt bij locatie Otto was Reint Baarda, hij was maniakaal bezig geweest om een ‘fotoboek’ samen te stellen over het werk van Berghoef. Waarschijnlijk veel te duur om ooit uit te geven, maar oh zo fascinerend en vol overgave vertelde hij hoe hij het had aangepakt. Nageschilderde koppen, zwanen, honden of katten, wanneer het op echt moet lijken en er niet iets onverwacht mee gebeurt, dan loop ik snel door. Ik moet zeggen dat ik het na een aantal locaties wel gehad had en huiswaarts keerde. Ik zat net binnen toen de telefoon ging, ‘Wat vond je van de kunstroute, Joop?’ Broer Kees aan de lijn. Als antwoord, wat vond jij ervan? ‘Tja, weinig kunst dat tot de verbeelding sprak, meer een sociaal gebeuren, je komt mensen tegen, kletst wat met elkaar en that’s it. Het enige dat me aansprak was het project van De Kunstploeg ‘Stemmen over de Toekomst’. Ik werd er vrolijk van,” aldus Kees.

De toekomst
Een dag later, ik op de fiets naar Uiterweg 185. Kijken wat Jan Daalman, Karin Borgman en Femke Kempkes, oftewel de Kunstploeg, bij mij teweeg zou brengen. Toen ik aan kwam rijden en net over de brug op het toegangspad onder de bomen een fraai door zonlicht aangeschenen witte vitrageachtige installatie zag, begreep ik mijn broer. Ook ik werd vrolijk bij dat poëtische beeld dat mij werd voorgetoverd. Na mijn fiets gestald te hebben en een praatje met Jan te hebben gemaakt, liep ik op de installatie af. Ík werd ontvangen door een heer, geheel in het wit gekleed, hij verwees mij door naar een dame, ook zij in het wit gekleed. “Gaat u zitten, er zijn nog vier wachtenden voor u.” Al wachtend hoorde ik dat er mij een gedicht zou worden toegesproken waarop ik via een telefoonnummer zou moeten reageren.

Daar zit je dan wat zenuwachtig op een stoeltje je afvragend van hoe je de toekomst ziet. Je maakt wat grappen met mensen die aansluiten en die je kent, maar ineens is het zover. Je stapt op en probeert je voorzichtig door een muur van vitrages te bewegen, je voelt je afgesneden van de wereld, teruggeworpen op jezelf, er is enkel zonlicht, een groen bladerdak en het besef dat je een tocht naar je toekomst maakt. Uit een luisterpaal klinkt het gedicht van Jan, het eindigt met de vraag hoe ik de toekomst zie. Om daar antwoord op te geven moet ik doorlopen en krijg ik een telefoonnummer om dat kenbaar te maken. Ik bel en ik zeg dat ik hoop dat we eindelijk eens inzien dat we een onderdeel zijn van moeder aarde en dat alles dat we haar aandoen uiteindelijk onszelf zal raken. Dat we daarnaast als sociaal wezen een verantwoording hebben naar elkaar. Het gaat met mij goed als het ook met de ander goed gaat.

Teruglopend onder de bomen realiseer ik me de bijzonderheid van het gebeuren, het was zeer professioneel opgezet, zeer speels, verrassend en tegelijkertijd uitermate serieus. Als ik op mijn fiets stap maak ik een gebaar dat ik ook veel anderen zie maken: een opgestoken duim.

Kunst of vrijetijdsbesteding
Verfrist rijd ik door naar andere locaties, dat had ik beter niet kunnen doen, het werd een domper. Er was weinig dat me raakte en in feite was er niets dat voldeed aan de door Pierre aangegeven criteria. KCA zou zich maar eens moeten afvragen wat ze echt wil, kunst tonen dat voldoet aan de criteria van Pierre, of vrijetijdsbesteding tonen om mensen te laten socialiseren.

Gezien de foto’s op Aalsmeer Vandaag is duidelijk waar momenteel het accent ligt.

4 reacties

  1. Wederom een scherp stukje van Joop. Ik hou wel van deze stijl, netjes, inhoudelijk, helder en respectvol, scherp, zoals altijd wel. Wanneer is iets kunst en wanneer Kunst? Als kunst iets is dat alleen in een taal wordt geuit dat alleen door de kunstenaar wordt begrepen, dan moet je dat vooral op je zolderkamer voor een speigel uiten. Kunst voor mij is dat je juist als kunstenaar het publiek wilt raken, verwonderen en een reactie uit wilt lokken. En dat is voor een ieder weer anders.

  2. Tja, Joop, ‘criteria aanscherpen’… Hoe doe je dat? Ik meen te hebben aangegeven, dat ‘alle zich noemende kunstenaars’ in hun eigen ’taal’ tot zichzelf spreken – en aldus volgens hun eigen criteria te werk (dienen te) gaan. Het is aan de latere beschouwer (soms eeuwen later!) om te beoordelen of het ‘kunstwerk’ inderdaad een ik-zal-maar-zeggen ‘existentiële snaar’ raakt. ‘Velen zijn geroepen maar slechts weinigen uitverkoren.’ Maar laten we die ‘velen’ een kans geven… ‘Kunst kan als een gezellig samenzijn beleefd worden, maar kunst kan niet zo gemaakt worden.’

  3. Triest om een dergelijke colum te lezen waarin in enkele pennestreken kunstenaars worden gediskwalificeerd en beschadigd.
    Mogelijk zou Aalsmeer Vandaag kunnen overwegen om de criteria voor kunst columnisten aan te scherpen.
    Een mooi evenement stuk schrijven is wel erg makkelijk op deze manier.
    Joop, hou het bij architectuur en politiek…
    ‘De diepste kunst kleedt zich in de minst capricieuze verschijningsvorm’
    Piet Mondriaan

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *




banner_martinez
adv desiree klein
mjk-advies
LJ-de-Vries
S4H
flower art museum
historische tuin
banner_martinez
adv desiree klein
mjk-advies
LJ-de-Vries
S4H
flower art museum
historische tuin