Cees-Groot-hues-heid-kamp
Voetbaltrainers, ik moet er tientallen hebben gekend. Helaas zijn veel namen me ontschoten. Dat kan aan mijn krimpende brein liggen, maar misschien ook wel aan de ernstige, overdraagbare ziekte waar veel voetbaltrainers aan lijden: zelfoverschatting. De heren komen en gaan en laten meestal weinig achter. Dat weet ik uit ervaring. Als jeugdspelertje bij VV Aalsmeer werd ik, en mijn leeftijdgenoten, na een zomerstop opeens lastig gevallen door een ambitieuze stagiar van het CIOS in Overveen. Hij liet ons een uur lang rondjes lopen en turnoefeningen doen. Er was geen bal te zien. Gelukkig greep het bestuur na een week of zes in: de ambitieuze lieverd mocht het bij een andere club opnieuw proberen.

Opstapje
Voordat Wim de Gooijer voor de groep ging staan maakte hij naam als handbal- én voetbalkeeper, een vaker geziene 'combi' in die jaren. Wim was een aardige 'volkse' man uit Aalsmeer-Oost, tussen de palen gekleed in handgebreide schipperstruien. Krantenkioskhouder Johannes Chrishostonos (Kick) Smit was dan weer een keurige, breed geprezen vooroorlogse oud-international uit Haarlem en Jan van der Gevel gebruikte VVA als opstapje naar het betaald voetbal. Hij ging later aan het werk bij Telstar en Haarlem. De amicale Leo Verkerk, trainer van RKDES en VDO in Uithoorn, leerde ik pas echt kennen in Milaan. In de middag, voorafgaand aan de Europa Cup-finale Celtic-Feijenoord, trof ik hem aan in een stadspark, liggend tussen een stel vrolijke vrienden en veel geleegd glas. De stemming was uitgelaten – een liederlijk voorschot op het succes van Feijenoord, later op de dag.

Pepermunt
Met Henk Wenderhold kon ik als sportverslaggever van de Amstellander heel prettig overweg. De oud-voetballer van Ajax was een gevoelige man. Volgens zijn spelers had hij geen overdreven benul van tactiek en oefenstof, maar hij zorgde wel voor een lekker sfeertje. Dat werkte. Zo nodig regelden de spelers de zaken onderling op het veld. Wenderhold kon zelfs gedurende de wedstrijd, als de spanning hem teveel werd, zonder gevolgen van het terrein wandelen. Om de stress weg te bijten deed hij dat altijd in gezelschap van zijn grootste vriend, een rol pepermunt.
Tenslotte staat me Cees Groothuesheidkamp nog bij. Hij tilde RKDES vanuit de onderbond naar de KNVB. In Badhoevedorp werd DEC in een beslissingswedstrijd voor zo'n duizend toeschouwers verslagen. Piet Buskermolen maakte de winnende treffer en Groothueshuiskamp kon enkele dagen later als dank voor bewezen diensten uit handen van de clubvoorzitter een filmcamera en sleutels van een auto in ontvangst nemen. Meer weet ik over de altijd onrustig langs de lijn dravende trainer niet te vertellen. Hij is me vooral bijgebleven door zijn naam: Cees-Groot-hues-heid-kamp, een dubbele voornaam kon er helaas niet meer bij. Een paar keer zijn naam gebruiken in je krantenstukje en de pagina was gevuld. Dat schoot lekker op.
Tekst en illustratie: Jacques de Jonge
Op de tekening Henk Wenderhold met zijn boezemvriend, op de foto's Kick Smit en truidrager Wim de Gooijer.
(Nog dit voor de liefhebbers: de zonen van Kick Smit hebben het omvangrijke plakboek van hun vader geplaatst op de site Kick Smit – Home. Tussen de prachtige foto's en artikelen is ook een brief te vinden van de KNVB waarin Smit in 1963 toestemming wordt verleend te gaan werken bij VV Aalsmeer. Niet te missen. En wie nog meer honger naar het verleden van Kick Smit heeft kan tot eind mei naar de tentoonstelling 'Haarlem Sportstad' in het Museum Haarlem. Daar is, met veel ander moois, onder meer het voetbalshirt van de oud-international te bewonderen.)
79