Afrikaanse wielrenners leggen basis in Kudelstaart

Door: Jan Dreschler. Op de Hoofdweg in Kudelstaart wordt wielersportgeschiedenis geschreven. Daar trainen zeven wielrenners uit Oost-Afrika om een Europees topniveau te bereiken. Het gaat om drie wielrenners uit Kenia en vier uit Tanzania. De wielersport wordt gedomineerd door witte mensen met uitzondering van Bimian Girmay uit Eritrea die het goed deed in de Tour de France. Tegelijk heeft Afrika topatleten in de duursport zoals Eliud Kipchoge op de marathon. Maar in de wielersport is verandering op komst; meer diversiteit onder de vlag van Ride United.

Initiatiefnemer is Emiel Klein. Oorspronkelijk afkomstig uit Emmen, maar al sinds 2013 woonachtig in Kenia, waar hij een eigen bedrijf heeft. In z’n jonge jaren was hij wielrenner net als zijn vader Dries. Samen zijn zij dit jaar begonnen met een nieuw initiatief: talentvolle wielrenners uit Afrikaanse landen naar Europa halen voor een gedegen training. Er werd gezocht naar een geschikte uitvalsbasis en via familie in Kudelstaart kwamen ze op de Hoofdweg terecht. Het doel is om jonge wielrenners uit het Afrikaanse continent op het hoogste niveau te brengen.

Koersinzicht
Wielrenners uit Afrika hebben wel een ‘grote motor’ zoals Klein hun sterke hart noemt, maar het ontbreekt hen aan ervaring. “Je hoeft ze geen kracht bij te brengen. Kijk maar naar hoe de marathonlopers het doen. Daar blinken mensen uit Afrika in uit. Zij zijn heel goed in duursport. Maar waar het bij wielrennen vooral om gaat is koersinzicht. Door hier veel koersen te rijden en daar met elkaar over te praten krijg je inzicht in hoe een wedstrijd verloopt. Je moet als het ware een koers kunnen lezen. Snappen hoe het werkt. Trainen voor de marathon is een stuk gemakkelijker, omdat er wel veel kracht bij komt kijken maar wat minder inzicht. Bij het wielrennen moet je heel veel koersen rijden om het goed te begrijpen.”

In Afrika zijn volgens Klein best veel mensen met wielrennen bezig. “Er zijn veel lokale initiatieven waarbij kinderen vertrouwd gemaakt worden met de wielersport. In Kenia is er bijvoorbeeld de Safari Simbaz van de Chris Froome Academy. Maar over het algemeen komen mensen als ze dan 18 of 19 zijn toch niet veel verder omdat de ervaring en begeleiding ontbreekt. Gewoon hard fietsen is niet genoeg, het gaat ook om de strategie.”

Klein geeft aan dat er veel gebeurd is in korte tijd. “Ik heb een plan gemaakt, wat bestaande connecties aangeboord en ineens was het voor elkaar. Soms waren er momenten dat ik dacht: waar ben ik aan begonnen. Maar nu begint de gang er in te komen.”

Basis in Kudelstaart
De start van Ride United was in februari 2024. De eerste ploeg is hier drie maanden geweest en inmiddels weer terug naar huis. Prompt werd één van hen, Lawrence Lorot, kampioen van Oeganda en ging een ander, Charles Kagimu, naar de Olympische Spelen en reed daar 180 kilometer lang in de kopgroep. Voor deze successen werd de basis in Kudelstaart gelegd.

Vanuit een pand aan de Hoofdweg wordt de strategie bepaald en aan zoveel mogelijk wielerkoersen binnen Nederland meegedaan. Ook wordt er zo’n 25 uur in de week intensief getraind. Er wordt meegedaan aan de grote Nederlandse klassiekers zoals de Hollandcup, een competitie georganiseerd door de ICU waar jong talent zich kan presenteren.

Oren van het hoofd
Voor zo’n initiatief is veel geld nodig. Vandaar dat er ook sponsoring is. Al het materiaal wordt gesponsord door de Eneos Grenadiers wielerploeg. Het wagenpark, twee auto’s en een bus, is gesponsord door Jan Nigten van leasebedrijf Lease-e uit Alkmaar. Het gaat daarbij om eersteklas materiaal. Er is ook lokale sponsoring. “Bakkerij van Leeuwen levert het brood en dat is niet verkeerd, want de zeven sporters hier eten je de oren van het hoofd. Ook is er sponsoring door Frank Ammerlaan van Rosa Plaza uit Aalsmeer,” aldus Klein die er ook zelf heel veel geld insteekt met de hoop er uiteindelijk een verdienmodel van te kunnen maken.

Nu de organisatie draait wordt de strategie hier en daar bijgesteld. Dit jaar wordt er vooral gekoerst in Nederland maar Klein wil de komende jaren toch ook meer bergop trainen, omdat daar de sterke Afrikanen goed tot hun recht komen. Een ander punt is de communicatie. “Met de eerste groep ging dat voortreffelijk. Zij spraken goed Engels. Deze groep is minder wat de taal betreft en dan gaat het allemaal wat moeizamer.”

Groot talent
Het grootste talent in deze groep is Evan Wangai. “In elke koers die in Nederland tot nu toe verreden werd eindigde hij bij de eersten. Dat was al zo vanaf zijn eerste klassieker hier. Hij reed zijn eerste koers van 190 kilometer gelijk van voren.”

Evan zegt het naar zijn zin te hebben in Nederland: “Emiel is een goede coach en ons leven hier is goed georganiseerd. Eigenlijk is het vrij simpel: eten, slapen, trainen en koersen.”

Emiel en zijn ploeg brengen wel wat te weeg op de koersen die zijn bezoeken. “Het is sowieso imponerend om aan te komen met onze bus en auto’s voorzien van de aansprekende naam Ride United. Vervolgens zie je dan een snelle ploeg uit Afrika met uitstekend materiaal het nodige presteren.”  

Toekomst
Als het gaat om de toekomst zijn er volgens Klein twee sporen. “Goede wielrenners kunnen zich verder ontwikkelen en deel uit gaan maken van één van de professionele ploegen. Anderzijds is het ook mogelijk om met een aantal goede renners een eigen ploeg te vormen en ze als het ware bij elkaar te houden. Dat heeft een bijkomend voordeel in de begeleiding. Het is namelijk wel heel erg wennen voor wielrenners uit Afrika aan de Europese omstandigheden. De cultuurverschillen zijn groot en je kunt hier niet iemand zomaar in een appartement zetten, denken dat het wel goed gaat en hij op tijd op alle koersen verschijnt. Wat dat betreft is er misschien ook wel wat voor te zeggen om een ploeg bij elkaar te houden en samen het avontuur aan te gaan.”

De Tour de France zal nog te hoog gegrepen zijn. Daar is volgens Klein een ploeg voor nodig met een mix van jong talent (de belofte categorie) en oude rotten die het vak verstaan en inzicht hebben in de koers. “Maar dit is een goede start, dus wie weet waar we eindigen..?”