Wethouder krijgt punthoofd van Schipholgesprekken

Hooguit een klein kwartier spreektijd kreeg Schipholwethouder Robbert-Jan van Duijn om Tweede Kamerleden te vertellen hoe Aalsmeer denkt over de kwaliteit van het overleg rondom Schiphol. Hij deed dat woensdagochtend samen met drie andere bestuurders van gemeente en provincie. Opvallend was dat elk van deze bestuurders de kamerleden waarschuwde dat het vertrouwen in bestuur en politiek nog nooit zo laag is geweest als het gaat om het debat rondom de luchthaven.

De hoorzitting was onderdeel van een serie rondetafelgesprekken waarin partijen uit de Tweede Kamer zich oriënteren op de standpunten van maatschappelijke organisaties, bestuurlijke vertegenwoordigers en partijen uit de luchtvaart. Namens de lokale overheden voerden naast de Aalsmeerse wethouder, een wethouder uit Apeldoorn en twee gedeputeerden uit respectievelijk Noord-Holland en Flevoland het woord.

Deze laatste drie hadden duidelijk klachten over de manier waarop waarop de Milieu Effect Rapportages (MER) tot nu toe zijn afgehandeld. En dat is niet gek gezien het feit dat deze week bleek dat de ambtenaren die de MER opstellen deze ook zelf beoordelen. Volgens de sprekers is het dan ook hoog tijd dat het Rijk duidelijke kaders gaat scheppen over de strategische koers van het luchthavenbeleid in Nederland. De uitwerking daarvan zou dan regionaal moeten gebeuren.

Met verve voor het voetlicht
Dat Aalsmeer er toch iets anders in staat en een unieke positie inneemt in het Schipholdebat, wist Van Duijn met verve over het voetlicht te brengen. Basis voor zijn betoog was het position paper: ‘De mens achter de cijfers’ dat in samenwerking met Aalsmeerse bewoners tot stand kwam. Hij vertelde de zes aanwezige Kamerleden dat Aalsmeer aan die tafels zou moeten zitten waar de strategische zaken worden besproken en niet, zoals nu steeds het geval is, met een informatie-achterstand moet kampen. Hij vertelde ook dat hij er een punthoofd van krijgt dat hij als bestuurder niet verder vooruit kan kijken dan hooguit een jaar vanwege de manier waarop het gesprek rondom Schiphol georganiseerd is. De zogeheten Governancestructuur.

Structuur op de schop
Dat die op de schop moet was volgens elke spreker meer dan duidelijk. Als het aan Van Duijn en aan de gemeente ligt, wordt Aalsmeer voortaan direct betrokken bij de besluitvorming over Schiphol en krijgen inwoners van Aalsmeer een rechtstreekse stem over Schipholzaken. Volgens de Aalsmeerse wethouder moet er een breed maatschappelijk debat gevoerd worden dat begint met de partijen uit de regio van Schiphol. Lokale bestuurders moeten volgens Van Duijn weten waar de verantwoordelijkheden liggen. Dat kan volgens hem alleen als er meer ruimte komt voor direct betrokkenen.

Cijfers sluiten niet aan
Hierop kreeg de wethouder vragen over wat hij mist om zijn werk te doen, over het rechtsvacuüm dat heerst als het gaat om handhaving en wat de gevolgen zijn van dat preferent baangebruik voor Aalsmeer en Uithoorn. Van Duijn reageerde hierop door te herhalen dat een breed maatschappelijk debat belangrijk is, maar dat er ook een lokale gebiedsagenda zou moeten komen waarin lokaal bestuur en luchthaven samen optrekken. Verder pleitte Van Duijn er voor dat lokaal bestuurders zelf moeten gaan over de Ruimtelijke Ordening in het eigen gebied en dat er een Kennisplatform zou moeten komen waar inwoners terecht kunnen. En wat dat preferent vliegen betreft sluiten volgens Van Duijn de cijfers allang niet meer aan bij wat de inwoners van Aalsmeer ervaren.

Botsing met gedeputeerde
De Schipholwethouder had ook nog even een lichte botsing met Noord-Holland gedeputeerde Tekin. Tekin die namens Noord-Holland en namens Amsterdam sprak, stelde dat als Aalsmeer wel in de belangrijkste overlegorganen had gezeten dat er eenzelfde uitkomst op tafel had gelegen. Natuurlijk liet Van Duijn zich dat niet zeggen.

De gedeputeerde, waarvan je toch mag verwachten dat hij ook Aalsmeer vertegenwoordigt, bleek ook een position paper bij zich te hebben. Daarin staat dat Noord-Holland en Amsterdam samen voor kwalitatieve groei van de luchthaven zijn en dat ze de positie die Schiphol als 'hub' nu heeft, willen behouden. Dat 'kwalitatief' wordt een keer of wat herhaald. En natuurlijk staat er in dat position paper van Noord-Holland en Amsterdam de al jaren gebruikte en vele malen herhaalde woorden dat dat dan in balans met de omgeving zou moeten gebeuren met oog voor milieu en leefbaarheid. En dan is Tekin de gedeputeerde die natuur en milieu in de portefeuille heeft.

Nachtvlucht als wisselgeld
Als bewoner van Aalsmeer kun je daar toch alleen maar wantrouwig tegenover staan. Dit in de wetenschap dat Aalsmeer vrijwel continue hinder heeft van drie banen en dat van de 23 procent kwantitatieve groei die de luchthaven in 2017 doormaakte, 90 procent over de Aalsmeerbaan is afgewikkeld. Het idee van gedeputeerde Tekin om de nachtvluchten als wisselgeld te gebruiken, zoals hij tijdens deze bijeenkomst voorstelde, betekent op dit moment niets anders dan dat er onder de huidige wetgeving overdag meer gevlogen mag worden. Hopelijk is de wetgever, de huidige Tweede Kamer, op tijd in staat om onomkeerbare zaken die alleen maar slechter voor Aalsmeer uitpakken te voorkomen.

Tekst Jan Daalman, foto's archief AV

(advertentie)

Eén reactie

  1. Goed bezig, Robbert-Jan! Ben blij dat jij als wethouder, Schiphol in je portefeuille hebt.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *





banner_martinez
adv desiree klein
mjk-advies
LJ-de-Vries
S4H
flower art museum
historische tuin
banner_martinez
adv desiree klein
mjk-advies
LJ-de-Vries
S4H
flower art museum
historische tuin