Robbert-Jan van Duijn vindt het “leuk” dat hij Raadslid van het Jaar 2014 is geworden. Hij hoopte er zelfs op, zegt hij uit zichzelf. “Want als ik meedoe, wil ik graag eerste zijn. Maar ik zie het, al klinkt het als cliché, als teamprestatie. Als een soort waardering voor het harde werken van de fractie, en ook van mezelf. De fractie om je heen bepaalt hoe je je kunt profileren en hoe je kunt functioneren.” Een interview met de jonge, 27-jarige CDA'er, die sinds april vorig jaar fractievoorzitter van het CDA is.
Wat is een goed raadslid? “Ik vind het leuk dat ik raadslid van het jaar ben en géén 'Politicus van het Jaar'. Ik zie mezelf niet als echte politicus. Ik ben niet heel goed in het politieke spel. Terwijl het daar in de afgelopen periode veel op aankwam,” aldus Van Duijn.
Plichtsbesef
“Het voornaamste van een goed raadslid is dat je in staat bent te besturen, besluiten te nemen, op te pikken wat er leeft in de samenleving en dat om te zetten in beleid.” Volgens hem is het het geheim van een goed raadslid dat hij het politieke en bestuurlijke in zich verenigt. Is hij zelf een goed raadslid? “Het kan altijd beter. Daar ben ik mee bezig. Ik wil graag beter worden.”
Omschrijven wat een slecht raadslid is, doet hij liever niet. “Ik hou er niet van te zeggen wat slecht is,” reageert hij. “Van een goed raadslid mag je verwachten dat hij veel tijd en energie in het raadswerk stopt. Dat je plichtsbesef hebt. Want je bent gekozen, hebt bij de verkiezingen stemmen gehad. De mensen verwachten iets van je en dat moet je waarmaken. Ik voel dat als een grote verantwoordelijkheid.”
Van nul af
Robbert-Jan van Duijn zit sinds voorjaar 2010 in de raad. Bij de verkiezingen dat jaar verwierf hij als nummer 8 op de CDA-lijst 181 stemmen, waarmee hij vierde werd van zijn partij. “Toen ik geïnstalleerd werd, was dat de eerste keer dat ik in de raadzaal kwam. Ik wist niet wat een motie was en een amendement. Ik heb het van nul af moeten leren.”
De eerste tijd is hem “niet meegevallen”. Om in de materie thuis te raken had hij onder meer bij het CDA basiscursussen gemeentepolitiek doorlopen en een boek gelezen over het hoe en wat van een raadslid. Dan zit je daar opeens, als raadslid.
“Je krijgt een overvloed aan informatie. De kunst is om uit de talloze pagina's teksten die dingen te halen die belangrijk zijn voor de gemeente en je achterban, en om die aan te kaarten. Als je dat kunt, maakt dat je tot goed raadslid.”
Op je bek gaan
In zijn tweede jaar drong het besef tot hem door dat het raadslidmaatschap eigenlijk best iets voor hem was. Hij had in zijn takenpakket zorg en sociale zaken zitten, iets wat uitgroeide tot een “heel groot” onderwerp. “Je groeit erin als je voor de leeuwen wordt gegooid.”
Hij ging zich zekerder voelen als raadslid. “Bovendien hou ik ervan dingen te doen waarbij je op je bek kunt gaan. Ik hou van die spanning.” De keerzijde van de medaille is dat hij er wel voor zorgt “extra goed voorbereid” te zijn in de politieke arena.
Verbinding zoeken
In de raadzaal is hij eropuit “verbinding te zoeken” met andere fracties. Tegen stemmen om tegen te zijn en voor om voor te zijn? Is niet zijn cup of tea. “Je moet elk voorstel op zijn merites bekijken. Dán is politiek leuk,” meent Van Duijn.
Daar hoort bij dat je altijd moet kunnen uitleggen waarom je iets wel of niet doet. “En zoals je jezelf bevraagt, moet je ook je politieke collega's kunnen bevragen.”
Voorbeelden
Hij noemt vier voorbeelden van een goed raadslid. Wilma Scheltema (PACT), Dirk van Willegen (CDA), Dirk Stoker (AB) en Dirk van der Zwaag (VVD), in die volgorde. Wat is Scheltema's kwaliteit? “Knap hoe ze er, toen ze vorig jaar in de raad kwam, er gelijk stond. Ze straalt zelfverzekerdheid uit, haar verhalen zitten goed in elkaar.”
Uit eigen midden kiest hij Van Willegen, die in het openbaar “minder het woord voert”, maar in de fractie zelf zijn partijtje “heel goed” meeblaast. “Hij gaat niet mee met de waan van de dag, maar houdt koers en wijst ons daarop.”
Passie
Van Stoker zegt hij dat je hem misschien “niet gauw in het rijtje verwacht”. Van Duijn bewondert de AB'er, die steeds beter op dreef raakt, om “zijn passie” in het zorgdossier. “Hij zit er niet voor zichzelf en evenmin om het politieke spel mee te spelen.”
Van der Zwaag heeft “een leuke vorm van humor” en “gebruikt niet te veel woorden”. Hij is een raadslid dat “weet waar je punten kunt maken”.
Ambities
Ten slotte zijn eigen ambities. Reiken die verder dan Aalsmeer? “Ik zit nog geen 5 jaar in de raad!” reageeert Van Duijn. “Het lijkt me leuk: wethouder of naar Den Haag. Maar… rustig aan. Ik heb niet veel haast. Tot nu toe ben ik altijd ambitieus geweest, maar ik pin me nergens op vast. Sommige dingen komen gewoon op je pad.”
● Klik hier voor artikel over uitslag verkiezing Raadslid van het Jaar
Foto's: gisteravond in de marge van de raadsvergadering kreeg Robbert-Jan van Duijn van politiek redacteur Han Carpay de oorkonde als Raadslid van het Jaar (foto Patrick Spaander); overige beelden: (rechtsboven) het verkiezingsdebat van AalsmeerVandaag in maart vorig jaar, (portret) Van Duijn in 2011 toen hij een jaar in de raad zat, (rechtsonder) zijn benoeming tot CDA-lijsttrekker in juni 2013 en verder raadsvergaderingen in het afgelopen jaar (foto's AV-archief).
2 reacties
Ik denk dat de “nieuwelingen” de raad uit het slop kunnen trekken. Wilma en Robbert-Jan zijn er een goed voorbeeld van.
Robbert-Jan met dank voor de mooie woorden. Die doen mij heel goed. Om van het raadslid van het jaar dat compliment te krijgen daar word ik verlegen van.