[Leni Paul] Jassy Klicks-Bon zal op de Geraniummarkt komende zaterdag het Moederdagboeket in ontvangst nemen. Groei&Bloei, afdeling Aalsmeer van de Koninklijke Maatschappij voor Tuinbouw en Plantkunde (KMTP) koos haar dit jaar uit in verband met het vele vrijwilligerswerk dat ze al tientallen jaren doet. “Ach, je bent het bezig zijn gewend en het geeft voldoening,” aldus Jassy Klicks.
Toen de KMTP haar 100-jarig jubileum vierde (de Aalsmeerse afdeling ontstond in 1893) werd het initiatief genomen om jaarlijks ter gelegenheid van Moederdag een persoon in het zonnetje te zetten die zich in het afgelopen jaar erg verdienstelijk had gemaakt op het gebied van het vrijwilligerswerk.
Voorzitter Wim van Vliet van Groei& Bloei van de KMTP legt uit: ”Het is landelijk maar één keer bij dit initiatief gebleven. Wij als afdeling Aalsmeer zijn er echter mee doorgegaan en zetten nu al weer vijftien jaar tijdens iedere Geraniummarkt en voorafgaand aan Moederdag, een vrouw of man in het zonnetje. Dit jaar wordt het mevrouw Klicks-Bon.”
“Ik ben heel verbaasd,” zegt mevrouw Klicks me, die als geboren en getogen Aalsmeerse, dochter uit het huisartsengeslacht Bon, bij velen beter bekend is als Jassy Bon (“officieel heet ik Francisca”). Ze woont aan een nog zeer groen stukje Aalsmeer in de Uranusstraat met kwetterende vogels in voor- en achtertuin en lentebloesems in het perk. Binnen vind ik een keur aan bloeiende kamerplanten, foto's van de drie kinderen en de zes kleinkinderen en een mooie foto van haar vorig jaar overleden echtgenoot Bob Klicks.
Ze herhaalt: ”Ja, ik ben echt verbaasd want er zijn toch in Aalsmeer veel mensen die aan vrijwilligerswerk doen.”
Ik leg uit waarom voorzitter Van Vliet met name voor mevrouw Jassy Klicks koos. Hij vond het des te meer opmerkelijk omdat jij nu je alleen bent komen te staan, met al je bezigheden gewoon bent blijven doorgaan en de draad onmiddellijk weer hebt opgepakt. Volgens de Groei&Bloei-voorzitter ziet hij dit niet veel 81-jarigen doen.
“Ik ben nu eenmaal niet iemand die achter de Geraniums gaat zitten. Vanaf het begin heb ik na Bobs dood gezegd, ik ga gewoon door en ben de dingen blijven doen die ik deed.”
En wat doe je zo allemaal?
“Ten eerste is daar Tafeltje-dek-je. Hoe lang al (denkt diep na). Nou, heel lang. Het was nog in de tijd van het Seringenpark als bejaardenhuis. Dan haalde je van die gamellen op, zette die in kisten in de auto. In die tijd moest je die bakken bij de mensen thuis in de keuken uitscheppen en in pannetjes doen. Je bracht het dan voor twee dagen.”
Het klinkt me als een handeling uit het pre-magnetron-tijdperk.
“Ja, dat is nu allemaal veel praktischer geworden. Ik ben met Tafeltje-dek-je begonnen toen mijn vader was overleden en ik meer vrije tijd kreeg. Ja, dat is dan teruggerekend sinds 1987 dat ik het doe.”
En je had toen nog drie thuiswonende kinderen.
“Ja, maar toen Bob nog huisarts was deed ik ook altijd al de administratie. Bob begon als huisarts al 's morgens om zeven uur en ik hielp dan al. De assistente kwam altijd later. En ik viel ook in als zijn assistente ziek was. Dus ja, het is altijd een druk leven geweest.”
Dan ben je naast Tafeltje-dek-je al sinds 1999 ook als vrijwilliger bezig in het Ronald MacDonald Huis.
“Heel goede instelling. Ouders en verzorgers van kinderen die zijn opgenomen in het ziekenhuis kunnen tijdelijk in één van die Ronald McDonaldhuizen wonen. Dat initiatief spreekt me zeer aan. Er zijn bijvoorbeeld kinderen bij die op de Waddeneilanden wonen of elders ver in het land en die dan in een Amsterdams ziekenhuis worden opgenomen. Wat je daar als vrijwilliger doet? In feite hetzelfde als wat je thuis doet. Opruimen, stoffen, bedden verschonen, de keuken schoonmaken. Met een vriendin doe ik dat één ochtend in de twee weken.”
Je reed ook nog als chauffeur op de Seniorenbus.
“Ja, die reed vanaf het Zorgcentrum over de Aalsmeerderweg naar Plan Blom, maar die bus heeft niet lang gereden.”
En dan ben je nu nog heel trouw elke dinsdag in de vroegere praktijk van je overleden man in het Gezondheidscentrum bezig.
“Ja, sinds de praktijk op het Drie Kolommenplein is, koop ik voor hen voor de hele week koekjes. Deed ik al iedere dinsdag met Bob toen hij gepensioneerd werd en dat is ook zo gebleven.”
Jij bent duidelijk geen oudere Aalsmeerse die achter de spreekwoordelijke Geraniums zit.
Journaliste Aleid Truijens noemde laatst in de Volkskrant de term “bejaarden” terecht heel invaliderend. In Frankrijk noemt men die leeftijdsgroep dan ook liever la troisième age, wat al direct wat minder belastend klinkt.
“Ja, inderdaad. Ik vind dat je, als je ouder wordt en als het kan, er op uit moet blijven gaan. Dingen doen. Ik wil mijn kinderen niet tot last zijn. Naast de al genoemde activiteiten bridge ik nog elke week en speel ik met een vriendin wat piano. Zelf vind ik het niet zo bijzonder allemaal en dat ik nu die prijs zal krijgen komt dan ook echt als een volkomen verrassing.”
Foto’s Arjen Vos
[advertentie]
106
Eén reactie
Mooi portret in tekst en beeld! Ga zo door Aalsmeer Vandaag!