[Leni Paul] Dit jaar viert de Oud-Katholieke kerk aan de Oosteinderweg zijn 155-jarig bestaan. Reden voor een gesprek met de heer Jacob Spaans, die al enkele jaren verbonden is aan de kerk. Hij woont in het aangrenzende huis naast de kerk en geeft ons inzicht in de kleine kerkelijke gemeente, de oudste in Aalsmeer.
Het gesprek vindt plaats in een van de vele vertrekken van het sfeervolle huis. Ik geef het toe: het is een cliché, maar je stapt er wel een andere wereld binnen. De emeritus-deken van het Metropolitaan Kapittel van Utrecht, zoals de officiële titel van de in 1939 in Amsterdam geboren Spaans luidt, is van jongs af aan een verzamelaar pur sang. Zijn liefde voor en zijn kennis van bijzondere en antieke voorwerpen, schilderijen, iconen, boeken en muziekinstrumenten bracht hem tot een indrukwekkende collectie waarover hij graag bereid is zeer gedetailleerd uitleg te geven. Toehoorders: ikzelf en drie nieuwsgierige poezen.
Spaans is een geboren verteller en hij wijdt uit over zijn jeugd.
“Ik kom uit een niet zeer christelijk gezin, waar mijn Duitse moeder weliswaar niet praktiserend, maar toch Luthers was. Om praktische redenen ging ik naar de dichtbij gelegen Gereformeerde Lagere Juliana van Stolbergschool in Amsterdam/Zuid, gevolgd door de Christelijk Lyceum. Mijn eerste baan was een administratieve functie bij het GEB, het gemeentelijk energiebedrijf. Ik wilde eigenlijk de muziek in, naar het conservatorium, maar om diverse redenen ging dat niet. Ik ben toen in mijn avonduren naar het Amsterdams Muzieklyceum gegaan en nam ook privé orgelles. Na mijn diensttijd wilde ik toch verder studeren, muziekwetenschap en theologie, maar ja, ik had geen gymnasium, dus dat was onmogelijk. Ik heb toen 's avonds mijn gymnasium gedaan en kon daarna door naar de gemeentelijke universiteit en later naar Utrecht. Daarnaast ben ik, als bijbaan naast mijn studie, gaan werken in een Joods Antiquariaat in Amsterdam waar ik enorm veel heb geleerd.”
Maar wanneer kwam de roep om priester te worden, want dat bent u uiteindelijk toch geworden?
“Ik was inmiddels in contact gekomen met de Duits-Lutherse kerk die evenals de Anglicaanse kerk een rijke liturgie heeft en ik wilde toen Luthers predikant worden. Mijn collega op de school waar ik werkte, was de echtgenote van pastoor Roosjen van de Oud-Katholieke kerk hier. Zodoende kwam ik in 1964 voor het eerst in Aalsmeer en werd hier organist.”
Kunt u iets vertellen over de oorsprong van de kerk?
“In 1604 werd hier voor het eerst begonnen in een schuur. Met de bouw van de kerk in zijn huidige vorm werd op 5 juli 1860 aangevangen en op 27 augustus 1861 is de kerk ingewijd door bisschop Van Buul die hier achter op het kerkhof is begraven”.
U was hier dus de 24-jarige organist en in die tijd nog Luthers, maar bent uiteindelijk overgegaan tot het Oud-Katholieke geloof en in april 1975 tot priester gewijd.
“De liturgie en de hele dienst van de Oud-Katholieken trokken me meer aan.”
Wat was uw eerste standplaats?
“Alkmaar en daar bleef ik zeven jaar. Toen vijftien jaar in Dordrecht, twintig jaar in Culemborg en in december 2004 kwam ik hier. Ik doe hier alles, ben niet de pastoor. Die woont in Amsterdam en laat het nu aan mijn over. Zo nu en dan komt hij even langs. Ik heb in de afgelopen jaar veel waarnemingen gedaan elders, want na je 65e ben je met emeritaat.”
Aalsmeer kent vele kerkgenootschappen. Met welk van hen voelt u zich verwant?
“Met de Christelijk Gereformeerde Kerk in de Lijnbaan. Ik hou van hun rechtzinnigheid.”
De Oud-Katholieke gemeente is een kleine gemeente met sinds 1856 een eigen kerkhof. Een sfeervol monument waar de namen Rinkel en Moleman veelvuldig voorkomen op de stenen.
“Ja, en bij de diensten in de kerk is nog altijd een Moleman aanwezig en ook één Rinkel, dat is Piet Rinkel. ”
Er is niet iedere zondag dienst. Hoeveel mensen komen er als uitsluitend gemeenteleden naar de kerk komen?
“Ook hier slaat de ontkerkelijking toe. We hebben er doorgaans tussen de twintig en de vijfentwintig. We hebben nu wel eens per maand op zondag een dienst van de Russisch-orthodoxe kerk en sinds januari ook van de Roemeens-orthodoxe kerk. Binnenkort zelfs een gezamenlijke dienst.''
Uw liefde voor Roemenië is alom bekend. Hoe is dat zo gekomen?
“Toen ik achttien jaar geleden in Culemborg was kwam daar een groep Roemeense orthodoxe theologiestudenten. Later was ik in Dordrecht en Dordrecht had een partnerstad in Bulgarije, de stad Varna. Sindsdien ben ik in beide landen vaak geweest, in Roemenië zelfs 26 keer. En in de loop der jaren zijn hier veel Roemeense theologiestudenten komen logeren. Ik heb een band met het land.”
Jacob Spaans heeft Aalsmeer diverse malen in uw kerk laten kennismaken met meeslepende, prachtige muziekgezelschappen. Ook deze week is er weer veel te genieten met de 37-jarige, internationaal bekende bas-bariton Marius Sampelean die profane en religieuze muziek laat horen.
Wij maken die middag met hem kennis, een Roemeense 37-jarige donkerharige bas-bariton die komende vrijdag, begeleid door organiste Evelien Jansen zowel profane als religieuze muziek in de Oud-Katholieke kerk ten gehore zal brengen. Afgelopen zondag mocht hij ditzelfde programma presenteren in de Gertrudiskathedraal in Utrecht.
Sampelean die men in Amerika ongetwijfeld ‘a good looking man’ zou noemen, verhaalt enthousiast over het programma dat we vrijdag kunnen beluisteren “en,” zegt hij, “alleen al de Pièta Signore van Stradella, onder meer bekend geworden door Pavarotti, is een gang naar het kerkje waard.”
Laatste vraag aan Spaans. Hoe zal deze zomer het 155 jarig jubileum van de Oud-Katholieke Kerk hier worden gevierd?
“Op 24 september komt monseigneur Dirk Jan Schoon met het Utrechts Byzantijns Koor de dienst leiden. Hij maakt deel uit van de Raad van Kerken (enigszins verdrietige blik) Ja, ik zou dat best zelf willen doen.”
Foto’s: Jacob Spaans op zijn praatstoel en voor het liturgische centrum in de kerk. (Foto’s Jaap Maars)
107
Eén reactie
Wat een mooi gesprek. Zo is de kerk ook, liefdevol en gezegend met warmte.