Nico de Groot is woensdagmiddag na een kort ziekbed overleden. Halverwege de jaren negentig was hij een van de initiatiefnemers van de stichting Kunst en Cultuur Aalsmeer, KCA. Hij heeft een kwart eeuw lang klassiekemuziekconcerten georganiseerd, tot op de dag van vandaag. De Groot, toonbeeld van een aimabel en innemend mens, is tachtig jaar geworden.
De grote passie van Nico de Groot was klassieke muziek. Hij wilde er graag zoveel mogelijk mensen kennis mee laten maken. En, liever nog, ervan laten genieten. Al eind jaren tachtig was hij voorzitter van de sectie muziek van de Culturele Raad, toen nog een orgaan met vertegenwoordigers van de politieke partijen. Met enkele andere muziekliefhebbers verzorgde hij op zaterdagmiddagen wijnconcerten in de burgerzaal van het raadhuis, met soms uitstapjes naar het Zorgcentrum Aelsmeer of de Doopsgezinde Kerk. Liefhebbers waren er altijd, van dertig tot een kleine honderd man.
Muzikale missie
Zijn devies: een afwisselend programma met mooie muziek door kwaliteitsmuzikanten, en tegen een voor de bezoeker acceptabele prijs. Toen KCA geboren was, bleef hij 'zijn' muzikale missioneringswerk vanzelfsprekend trouw in de KCA-werkgroep muziek. KCA stond – mét subsidie – op eigen benen stond en had geen politieke pottenkijkers meer. Een nieuwe muziektempel voor de kleinschalige concerten was gauw gevonden.
“Nico bedacht al snel dat het toen leegstaande Oudkatholieke kerkje een ideale sfeervolle ruimte zou zijn voor klassieke kamermuziek,” schrijft mede-KCA'er Pierre Tuning in een in memoriam. “Zonder Nico de Groot waren die concerten er nooit gekomen. En hij kreeg alles voor elkaar. Er kwam een muziekpodium, een concertvleugel, een mogelijkheid om koffie te schenken en een bescheiden artiestenkamer voor de musici.”
Voortaan vonden de concerten op zondagmiddag plaats, in plaats van op zaterdagmiddag. De Groot was daarvan een uitgesproken voorstander. Hij dacht dat Aalsmeerders dan meer tijd zouden hebben – én nemen – voor een live concert. Dat bleek ook.
Joviale gastheer
Vele jaren is de kerk, die ruim honderd bezoekers kan herbergen, uitverkocht of bijna uitverkocht geweest. De laatste jaren is er iets minder belangstelling, maar animo is er nog steeds genoeg. Feit is dat de kerk meer belangstelling trekt dan de burgerzaal begin jaren negentig. In de kerk was De Groot altijd een joviale gastheer. Hij was oprecht blij als hij merkte dat anderen genoten.
Of zoals Tuning het verwoordt: “Om een groot woord te gebruiken: genieten van muziek maakt mensen gelukkig. Als je het zo bekijkt, heeft Nico de Groot duizenden mensen gelukkig gemaakt.” Als lid van de werkgroep muziek heeft hij volgens Tuning ongeveer 125 concerten mee gorganiseerd. In de jaren daarvoor had hij er ook al vele tientallen op zijn naam staan. Tuning noemt De Groot “de grote inspirator” van de KCA-werkgroep.
Chanson perpétuelle
Morgen is er in de Oudkatholieke kerk een concert in de klassiekemuziekserie van dit seizoen. De muziek die het Acanthus Kwartet er ten gehore brengt, kan nauwelijks toepasselijker zijn. Kleurrijke, toegankelijke muziek uit de late negentiende eeuw van Franse topcomponisten. Vol melancholie en – letterlijk – klankschoonheid. Zelfs de titels van de stukken lijken op zijn passie afgestemd, zoals Chanson perpétuelle van Ernest Chausson. Muziek kan niet lang genoeg duren.
Nico de Groot zou er morgenmiddag van genoten hebben. Hij wordt dinsdagmiddag gecremeerd in Uithoorn.