Nederigheid in de kunst, is de absolute houding die men moet aannemen. Niemand is belangrijker dan de kunst zelf. Geen bestuurder, hoe ervaren en briljant ook, kan kunstzaken leiden zonder dit fundamenteel inzicht. Het allerbelangrijkste is en blijft het 'kunstwerk'. Of het nu hangt in het Rijksmuseum in Amsterdam of in het Oude Raadhuis in Aalsmeer.
Maak als bestuurder de potentiële bezoekers van musea nieuwsgierig. Laat ze zich verwonderen over wat het huis te bieden heeft. Laat ze bewonderen wat er te zien is. Welke plek schenkt de mens nog de mogelijkheid om in vervoering te geraken van een ander mens. Elk musea is een opening naar de ziel van ons bestaan. Genieten van creatieve scheppingen brengt ons dichter bij de nederigheid van ons bestaan.
Bezit en geldelijke drang worden als valse indringers ver weg geworpen in de stilte bij het intens genieten van kunst. Maak van ons Oude Raadhuis, zoals van elk museum, een bijzondere plek voor bijzondere mensen.
Geef mensen de kans om inzicht te krijgen in en met de kunst. Zodat ze zichzelf zo uiteindelijk beter leren kennen, in nederigheid.