Een teleurstelling misschien, voor degenen die een lekker onbeschaamde promotionele column hadden verwacht voor mijn kandidatuur voor provinciale staten bij de verkiezingen op 18 maart. Maar ik wil iets kwijt over wat me dagelijks bezighoudt: journalistiek.
Ja, iedereen
En ja, met de komst van de nieuwe media is iedereen tegenwoordig van de pers. Dat is weliswaar de nieuwe pers, soms van bedenkelijk niveau, maar het is een waarheid als een koe: alles kan meteen door smartphones, tablets en computers via het internet en toepassingen als facebook, WhatsApp, twitter, instagram en noem het allemaal maar op worden verspreid.
Het heeft veel voordelen, die snelle verspreiding. En het voorziet in een behoefte. Als ik bij de dagelijkse ochtendwandeling met onze hond Taeke op de Bilderdammerweg in Kudelstaart langs de bushalte loop, zijn zeker vier van de vijf wachtenden in de weer met hun mobieltje. Ik kan me niet herinneren dat ze vroeger de krant lazen, met hun huiswerk bezig waren, gezellig met elkaar stonden te praten of gewoon genoten van wat er om hen heen gebeurde.
En in alle openheid: ik maak me er zelf ook schuldig aan. Dankzij m'n mobiele telefoon ben ik aan het eind van die wandeling aardig bij: mails, nieuws en berichten heb ik allemaal gezien. Al geniet ik ook lekker van de natuur, wind, regen en zonneschijn.
Goed niveau?
Dat iedereen tegenwoordig van de pers is, betekent nog niet dat de nieuwsvoorziening op een goed niveau ligt. We zien allemaal de teloorgang van de lokale en regionale pers, al valt dat voor Aalsmeer en Kudelstaart nog mee. In De Volkskrant van 21 februari maakte Hans Laroes, oud-hoofdredacteur van het NOS Journaal, daarover zijn zorg nog eens duidelijk (overigens dankzij steun van donateurs op het platform voor onderzoeksjournalistiek).
Met veel minder journalisten dan in het verleden moeten regionale en lokale kranten hun lezers bedienen. Regionale onderzoekjournalistiek bestaat nog nauwelijks. De journalist als hoeder van de plaatselijke en regionale democratie is nagenoeg verdwenen. Toen wij dertig jaar geleden in Kudelstaart kwamen wonen, waren er in Nederland nog negentien uitgevers van regionale kranten. Nu nog vier. In een stad als Delft (100.000 inwoners) schijnt anno 2015 geen journalist de vergaderingen van de gemeenteraad nog bij te wonen, in Aalsmeer zijn dat er altijd nog minstens drie. De een kritischer dan de ander, maar goed: drie verslaggevers en een fotograaf is voor een gemeente van 30.000 inwoners nog ruim bedeeld.
Overdreven hobby
Echter, regionale en lokale journalisten maken nauwelijks gebruik van de mogelijkheden van de Wet openbaarheid bestuur (WOB), waarmee overheidsdocumenten kunnen worden opgevraagd. Daar hebben ze geen tijd voor, in tegenstelling tot burgers die hiervan een overdreven hobby maken, of ze worden er niet voor betaald…
Ernstig is het natuurlijk wel, als freelancers naast hun werk voor de lokale media ook voor politieke partijen werken om noodgedwongen hun inkomen een beetje op peil te krijgen. Dat is op zich niet erg, maar openheid daarover – toch een journalistieke verantwoordelijkheid – zou wat mij betreft een voorwaarde moeten zijn.
Hoopvolle signalen
Er zijn natuurlijk ook hoopvolle signalen. Bij het verdwijnen van lokale, regionale en nationale kranten zien we ook nieuwe digitale verschijningsvormen. Alle kranten hebben inmiddels digitale versies en er zijn nieuwe online aanbieders. Zoals in onze regio AalsmeerVandaag, landelijk Blendle en de eerder door mij in deze column geroemde De Correspondent. Het is echter nog maar zeer twijfelachtig, of de verdienmodellen die online nieuwsaanbieders hanteren, levensvatbaar zullen zijn.
Zwaktebod
Bij alle ontwikkelingen in de journalistiek en de pers – waar iedereen inmiddels deel van uitmaakt – blijft het van de zotte om 'de pers' te beschuldigen. Dat ultieme zwaktebod is ook gedaan bij het aangekondigde vertrek van onze burgemeester Jobke Vonk. Zij nam moedig een moeilijk besluit, respect daarvoor. Maar als politici vervolgens hun straatje gaan schoonvegen door ook aan 'de pers' een kwalijke rol toe te dichten, geven zij in feite iedereen de schuld. Want iedereen is tegenwoordig toch van de pers? Dan past het eerder om naam en toenaam van medium en schrijver te noemen… maar dat durven de meesten dan weer niet. Een enkeling uitgezonderd.
In een vlek wrijven wil ik niet, maar in de beschouwing van onze Han Carpay op AalsmeerVandaag over het vertrek van Jobke Vonk heb ik me ook flink geërgerd aan een enkele toespeling, wellicht onbedoeld.
Het zou Carpay, de hoofdredacteur van AalsmeerVandaag, sieren als die toespeling over toeval – als deze inderdaad onbedoeld is – door een openbaar excuus zou worden weggenomen. De plaatselijke journalistiek wint daardoor aan kracht, inhoud en respect. Dat wensen we ook AalsmeerVandaag toe.
Hermen de Graaf is communicatieadviseur. Kudelstaarter – en bazuint dat ongegeneerd rond. Man van contacten, vooral in bloemenland. Twittert dat het een lieve lust is. Voorzitter lokale CDA-bestuur. Zesde op CDA-kandidatenlijst van statenverkiezingen Noord-Holland. Jongleert graag met ‘duurzaamheid’ en ‘rentmeesterschap’. Eigenwijze kerel.
9 reacties
Kan iemand mij uitleggen waarom de fractievoorzitter van het CDA vindt dat Aalsmeer goed bestuurbaar is, maar dat de partijvoorzitter van dezelfde partij van mening is dat politici in Aalsmeer hun straatje schoonvegen door de pers een kwalijke rol toe te dichten, ik ben in verwarring.
Toen ik het artikel las, dacht ik er niets bij, bij die opmerking over toeval. Ik zag ’t verband/de toeval niet. Maar inmiddels wordt er op verschillende plekken zoveel aandacht op gevestigd dat ik me ga afvragen of ik iets over het hoofd zie.
Wees trots dat wij pers/media hebben, zij zijn de hoeder van de democratie. Zowel plaatselijk, regionaal als landelijk, zonder pers geen vrijheid.
Graag wil ik bewijzen van het CDA zien dat Han Carpay in dienst is van een politieke partij! Ik vind het van kracht getuigen dan Han dit stuk plaatst en ik vind deze poging tot karaktermoord CDA-onwaardig. Jammer.
Beste Hermen. Jouw artikel komt bij toeval, maar toeval bestaat niet, gelijk uit met een ander landelijk stuk. Graag ik je verwijzen naar de Volkskrant ook van vandaag. Op pagina 5 staat een mooi stuk over politiek en media. Inhoudelijk zal het niet allemaal hier op Aalsmeer van toepassing zijn, maar de strekking is duidelijk: De politiek heeft de media nodig en de media de politiek om met elkaar houden we ,de boel, draaiende op een verantwoordelijke manier.
De heer De Graaf mist een hoeder van de regionale en plaatselijke democratie. Ik raad hem en andere leergierigen aan kennis te nemen van de ‘pennenstreek’ die Pierre Tuning deze week publiceert op dichtbij.nl en in ‘Het Witte Weekblad’. Hierin wordt beknopt en zeer duidelijk, confronterend ook voor de betrokkenen, uitgelegd hoe de plaatselijke democratie en het veelbesproken maar in Aalsmeer nooit toegepaste dualisme tussen gemeenteraad en college behoren te werken.
Han, wáág het niet om excuses te maken. Nergens voor nodig! Als er één is die excuses behoort te maken, is dat Hermen de Graaf zelf. Voor het feit, dat hij jou vraagt een ‘openbaar’ excuus te maken voor de ’toespeling’ in jouw commentaar aan het adres van de CDA-fractievoorzitter. Ik mag hopen, dat de CDA-fractie in de gemeenteraad vrijheid van meningsuiting hoger in haar vaandel heeft staan, dan de partijvoorzitter van het CDA-bestuur, tevens CDA-kandidaat bij de aanstaande Statenverkiezingen. Hij schrijft dat de journalistiek hem dagelijks bezighoudt. Nou Han, daar ben jij/wij dan, gezien zijn column, mooi klaar mee….
Interessant hoe – na een lange aanloop – de ene oud-collega de andere oud-collega meent te moeten beoordelen op normen en waarden… Ik ben het geheel eens met Gerard Zelen.
Beste Hermen. De plaatselijke pers en in dit geval AalsmeerVandaag, heeft alleen getracht in zijn stuk over onze burgemeester Jobke Vonk, om een scherp beeld te schetsen rondom haar plotselinge aftreden. Natuurlijk zitten er misschien wat scherpe kanten aan, maar het zet wel het hele verhaal neer zoals AalsmeerVandaag erover denkt en schrijft. Immers democratie en vrijheid van meningsuiting blijft een groot goed. Overigens de commentaren van ‘de pers’ op dit stuk kwamen ook op democratische wijze tot stand. Ieder mag schrijven, mits niet haatdragend of kwetsend over zijn gedachtes over deze trieste zaak voor ons allen.