Column: ‘Vallen bloemen straks tussen wal en schip?’

Flower Festival 2019 (Foto archief AV/Arjen Vos)

Door: Hermen de Graaf. Het is misschien maar goed dat Aalsmeer ervoor heeft gekozen zich te positioneren als ‘het bloemendorp aan het water’ in plaats van ‘bloemenhoofdstad van de wereld’. Want de gezamenlijke promotie voor bloemen staat onder druk en dat kan ook voor Aalsmeer vervelend uitpakken…

Wie in het in Nederland over bloemen heeft, denkt onmiddellijk aan Aalsmeer. En in de internationale sierteeltsector is dat zeker zo. Indirect of direct is promotie voor bloemen en planten daarmee ook promotie voor Aalsmeer. Maar de collectieve cq gezamenlijke promotie voor bloemen en planten staat onder druk. Dat zit zo.

Zo’n veertig jaar geleden is voor het bedenken en uitvoeren van de gezamenlijke promotie voor bloemen en planten Bloemenbureau Holland in de steigers gezet. Kwekers en handelaren betalen via een heffing over hun productomzet bij Royal FloraHolland de activiteiten van het Bloemenbureau. De veiling stopt per 1 januari 2024 met die heffing. De redenen hiervoor zijn nogal technisch. Als belangrijkste stelt Royal FloraHolland dat haar concurrentiepositie ten opzichte van telers en handelaren die níet via de veiling in- en verkopen structureel slechter is. Want de heffing verhoogt de veilingkosten, hoe minimaal die verhoging ook is: 0,2 procent over de kwekersomzet en tussen 0,06 en 0,19 procent over de inkoopwaarde van handelaren. Voor een alternatieve heffingsmethode is in de afgelopen maanden geen overeenstemming bereikt, vooral door onvoldoende stemmen vanuit de handel. De financiering van Bloemenbureau Holland is daardoor vanaf volgend jaar zeer onzeker.

Dat komt slecht uit, want minder promotie voor bloemen en planten betekent ook minder promotie voor Aalsmeer. Straks wordt het misschien wel zoiets als ‘werelddorp aan het water…’ en zijn de bloemen tussen de wal en het schip gevallen. En meer promotie voor bloemen en planten is vooral voor de sierteeltsector noodzakelijk, juist in deze tijd.

Je kunt je schouders erover ophalen, dat Arjen Lubach eind vorig jaar een vervelend item over bloemen uitzond: ‘een bos gekleurde stokjes die na twee dagen naar kots gaan ruiken’. Of over de uitzending in april dit jaar waarin de Keuringsdienst van Waarde de aanduiding ‘veldboeket’ aan de kaak stelt. Of over de vorig jaar in de Tweede Kamer behandelde motie om aardgas te verbieden in de sierteelt, ingediend door GroenLinks/PvdD en gelukkig verworpen. Of over het afschaffen van het zondagse bloemetje door de Ruïnekerk in Bergen (NH). Of over het recente besluit om de gebruikelijke bloemen voor dirigent en solist(en) na afloop van de concerten door het Nederlands Philharmonisch Orkest af te schaffen. Het zijn maar vijf voorbeelden, maar ik denk dat een negatief sentiment over bloemen en planten toeneemt.

De ‘me too’-beweging is ooit begonnen met een tweet van de Amerikaanse actrice Alyssa Milano. Extinction Rebellion is kleinschalig gestart in Engeland in 2018, kijk nu eens hoe groot de ondersteuning is. En om wat verder terug te gaan in de tijd: de strijd voor vrouwenkiesrecht begon ooit doordat twee individuele vrouwen zich hiervoor uitspraken. Het zijn maar drie voorbeelden van hoe klein iets begon en kon uitgroeien tot een groot fenomeen.

En juist omdat het negatieve sentiment rond bloemen mogelijk toeneemt is versterking van de positionering van bloemen en planten hoognodig. In dat licht is het bijzonder, dat veiling en handel een terugtrekkende beweging maken. Hoewel veilingbaas Steven van Schilfgaarde verklaart dat het ‘onze inzet is en blijft om als sierteelt de hele sector te promoten’ en gelooft, -in tegenstelling tot wat er wordt beweerd- ook persoonlijk wel in het effect van collectieve promotie. De groothandelsorganisatie VGB wil bij monde van directeur Matthijs Mesken feitelijk dat de organisatie van de collectieve promotie blijft zoals het nu is. Beide organisaties zeggen over het voortzetten van de collectieve promotie ‘Ja, maar…’ en dan volgen de tegenstrijdige voorwaarden. ‘Ja, maar’ betekent in de praktijk meestal nee en daarmee lijkt de huidige situatie op een patstelling.

Ondertussen blijft het Bloemenbureau, om het wat ongelukkig met de politiek te vergelijken, als het ware formeren om beide partijen bij elkaar te brengen. ‘Er is nog steeds de intentie om eruit te komen’ is daar de redenering waarop de hoop is gevestigd.

Bloemen maken mensen blij, bevestigen en versterken emoties en geven er kleur aan. Planten bevorderen het welzijn en welbevinden, zuiveren de lucht en geven verkoeling. Om maar een paar voorbeelden te noemen. En bloemen en planten zijn goed voor Aalsmeer…

‘En ach’, zo zei een grote Westlandse kweker van tropische planten mij over het Bloemenbureau: ‘als iets verdwijnt terwijl het nuttig was, komt er iets anders voor terug’. Westlandse wijsheid, een riem onder het hart van Aalsmeer.

Hermen de Graaf is communicatieadviseur. Kudelstaarter – en bazuint dat ongegeneerd rond. Man van contacten, vooral in bloemenland. Twittert dat het een lieve lust is. Voormalig CDA-statenlid in provincie Noord-Holland. Jongleert graag met ‘duurzaamheid’ en ‘rentmeesterschap’. Eigenwijze kerel.

Eén reactie

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *





banner_martinez
adv desiree klein
mjk-advies
LJ-de-Vries
S4H
flower art museum
historische tuin
adv-Toneel
banner_martinez
adv desiree klein
mjk-advies
LJ-de-Vries
S4H
flower art museum
historische tuin
adv-Toneel