Honkbaltalent Lucas Baan pitcht op hoog niveau

Door: Conny Vos. Van onder zijn pet kijken de ogen van de 12-jarige Lucas Baan guitig de wereld in. Als honkbaltalent ziet zijn leven er anders uit dan dat van zijn klasgenoten. Vier dagen in de week trainen, op zaterdag twee wedstrijden en vaak internationale toernooien, maar nu is het even vakantie. “Maar ik neem mijn handschoen natuurlijk wel mee”, lacht Lucas.

Met het Nederlands team U12 werd Lucas begin deze maand tweede op het EK in Paderborn (Du). “We hebben een goed toernooi gespeeld. Tegen Italië hebben we gewonnen met 5-1 en ik heb de hele wedstrijd gepitcht. Daarna moest mijn arm rust hebben. Tegen Litouwen heb ik de laatste inning gepitcht. Die wedstrijd wonnen we met 26-0. We verloren helaas in de finale van Duitsland, net als vorig jaar.”

Ticket naar Taiwan
Met hun prestatie heeft het team een ticket verdiend naar het WK in Taiwan. “Helaas ben ik dan te oud om mee te gaan, want in januari word ik 13. Mijn volgende doel is het Nederlands team U15. Daarvoor moet ik nog een paar jaar wachten. Tot die tijd blijf ik trainen om nog beter te worden.”

Krachtige gooi
Hoewel de meeste jongens op voetbal gaan, koos Lucas voor honkbal. “Mijn broer Thomas zat op voetbal, maar vond dat niet meer leuk. Thomas moest van papa en mama wel blijven sporten, dus deed hij een proefles bij honkbalvereniging DVH in Amstelveen. Ze vroegen of ik het ook wilde proberen. Ik was pas vier jaar. In het begin zat ik vooral madeliefjes te tellen op het veld, maar dat kan nu niet meer. Ik vond het leuk en ben er steeds beter in geworden. Ik ben goed in pitchen; ik heb een krachtige gooi.”

Daarna ging Lucas spelen bij de Hoofddorp Pioniers, waarmee hij Nederlands Kampioen U12 eerste klasse werd. Toen hij bij deze club speelde, werd hij geselecteerd om bij de Diamonds Amsterdam Baseball Academy te komen. Eerst alleen om te trainen, maar nu speelt hij daar volledig. “Vergelijk het maar met Ajax voor een voetballer.”

Spaghettisliertje
De jonge topsporter ging voor de vakantie nog naar de basisschool en dat vroeg wat flexibiliteit. “Ik zat op het IKC Triade. Voor toernooien moest ik vrij vragen. Als het nodig was mocht ik toetsen later inhalen. Na schooltijd bracht mijn moeder me naar trainen en om half zes haalde mijn vader me weer op. Alleen op vrijdag – als ik mijn huiswerk af had – kon ik met vriendjes afspreken.”

Een keer ging Lucas met zijn vrienden naar een springpark. Na afloop bleek dat hij drie middenvoetsbeentjes had gebroken en moest zijn voet in het gips. “Ik moet dus oppassen met wat ik doe. Er zijn wat beperkingen.” Een streng dieet hoeft Lucas niet te volgen. “Dat hoeft nog niet zo strikt. McDonalds is af en toe ook wel lekker, want het helpt niet als je een spaghettisliertje bent.”

Springplank naar Amerika
Na de vakantie gaat Lucas naar het Calandlyceum in Amsterdam, een school met een klas speciaal voor toptalenten. Zijn uiteindelijke doel is om in Amerika te gaan spelen. “Daar kun je echt op hoog niveau honkballen.” Zijn voorbeeld is de broer van zijn pitching coach die het ook gehaald heeft. “Dan is er ook kans voor mij.” Zo werkt het voor Lucas, wat hij wil heeft hij gehaald door te blijven doorzetten.

Het toptalent hoopt hierna een opleiding te gaan volgen bij het Centrum voor Topsport en Onderwijs in Amsterdam. Daar kunnen topsporters trainen, studeren en wonen. “Dat is de springplank naar Amerika”, legt de vader van Lucas uit, “maar dat hij op zijn zeventiende het huis uit gaat is wel een dingetje en hoe financier je dat?”

Dreigt elitesport te worden
De ouders van Lucas en Thomas moeten bijna alles zelf ophoesten. “De steun van het NOC*NSF wordt steeds minder”, vertelt Hans, “de Nederlandse honkbalbond krijgt minder steun. Er wordt bezuinigd op de jeugdtalenten onder de vijftien jaar. Trainers worden slecht betaald, waardoor alles afbrokkelt. Als de ontwikkeling van jonge talenten stopt, droogt het uiteindelijk op naar boven. Voor sponsoren is honkbal niet zo aantrekkelijk, want het is niet zichtbaar genoeg.

Dus komt er veel op de ouders neer. De sport is ontstaan in de arme wijken van Amerika, maar het dreigt nu in Nederland een elitesport te worden. Om Lucas en Thomas te helpen hun doel te bereiken hebben we een crowdfunding actie opgezet op het Yvonne van Gennip Talent Fonds.”