Hoe is het nu met … Tabitha Dekkers-Cavan?

Abner en Tabitha op verlof in Nederland (Foto: Jaap Maars)

Door: Conny Vos. Om het jaar komt Tabitha Dekkers-Cavan op verlof naar Nederland. Samen met haar man Abner en hun zoon en dochter verblijven ze een maand bij haar ouders in Aalsmeer. “Ik woon nu vijfentwintig jaar in de Filipijnen en ons werk daar is nog niet klaar.” Het is een drukke maand voor het gezin, waarin veel bezoekjes worden afgelegd, relaties aangehaald en ontmoetingen gepland waarin ze vertellen over het goede werk dat ze doen in Cebu.

“Het is altijd even een knop omzetten als we hier zijn, want het zijn twee verschillende werelden”, vertelt Tabitha rustig vanaf de bank in haar ouderlijk huis. Abner voegt in het Engels toe: “Als we hier zijn, wensen we niet dat we daar zijn en andersom. We genieten van het nu en wat we hier hebben.” Ze verwonderen zich over veranderingen in het dorp, zoals de boulevard langs de Westeinderplassen en de verplaatsing van het busstation. Ze zien meer mensen uit verschillende landen in het straatbeeld verschijnen en missen het wilde bloemenveld dat nu in gras veranderd is. “Maar mijn moeders huis blijft gelukkig altijd hetzelfde.” Hier genieten ze van een krentenbol, chocola, kaas en aardbeien. Op tafel staat een schaaltje witte druiven. “Die eten we alleen met speciale gelegenheden zoals kerst.”

Leiding en bewoners van de huizen (Eigen foto)

Leiding over acht huizen
Vijfentwintig jaar geleden begon Tabitha’s roeping voor de zending. Vanuit Hongkong vertrok ze met een groep naar de Filipijnen en Abner was een van hen. Samen met hun drie kinderen woont het echtpaar nu in Cebu en vormen ze een hecht team. Ze hebben de leiding over acht huizen waar verschillende doelgroepen wonen, zoals gezinnen, studenten en verslaafden. Met de bewoners komt ook de problematiek. Ze krijgen te maken met medische situaties, trauma’s en schulden door drugsverslaving. “We hebben een jongen uit de sloppenwijk in het jongenshuis opgenomen. Zijn moeder was aan de drugs en heeft zelfmoord gepleegd. Zijn vader kent hij niet. Hij heeft geen geboortebewijs en kan niet lezen”, noemt Abner als voorbeeld. Hun organisatie zorgt voor de hele ontwikkeling van zo’n jongen. Zo zijn er vele verhalen te vertellen.

Verandering van hart
Naast praktische hulp geloven Tabitha en Abner ook in een verandering van het hart. “We doen veel aan lofprijzing en aanbidding door muziek, dans en zang. We zijn geraakt door Jezus. Ik geef teamtrainingen waarbij we de Bijbel praktisch uitleven. Er is een transformatie van het hart nodig om de situatie in dit land te veranderen. Er zijn wel huizen gebouwd voor de mensen die in de sloppenwijken wonen, maar om met armoede te breken is een gemeenschap nodig, want dat kan je niet alleen”, denkt Abner. Voor het tweetal is het dan ook belangrijk om onderdeel te zijn van de gemeenschap. Dat doen ze door kinderclubs en jeugdclubs te organiseren, maar ook zorgen ze ervoor dat vierhonderd kinderen schoolspullen krijgen.

Kinderen uit de sloppenwijken hebben nieuwe schoenen gekregen (Eigen foto)

Verkocht voor paar slippers
Naast drugsverslaving is mensenhandel een groot probleem. In een van de huizen worden tienermeisjes opgevangen die zijn gered uit mensenhandel en van online seksuele exploitatie. “Seksuele uitbuiting en commerciële seks komen vaak voor”, noemt Tabitha, “ook online. Het leidt tot slechte relaties en tienerzwangerschappen. Ouders verdienen eraan door hun kind aan te bieden. Vaak zijn zij zelf ook slachtoffers geweest van misbruik. Het wordt wel aangepakt, dan komen ouders in de gevangenis.”

In 2007 stond Cebu op nummer 1 wat betreft mensenhandel, maar in zeven jaar is dat met 83 procent verminderd. “Dat is een wonder en dat bemoedigt me”, zegt Abner, “misschien redden wij slechts een paar mensen, maar het heeft een rimpeleffect.” Hij vertelt over een meisje van veertien jaar. “Haar vader had haar verkocht voor een paar slippers. Wij hebben haar geholpen en nu is ze afgestudeerd als apotheker. Ze helpt in het meisjeshuis en is jeugdleider in de kerk. Omdat zij gered is, zijn er duizenden gezegend. Haar broer en zus zijn ook christen geworden, maar dat is weer een ander verhaal.”

Veiligheid prioriteit
De veiligheid in de huizen heeft grote prioriteit. “Er zijn regels voor de leiding, zoals niet met één kind samen in een kamer”, legt Tabitha uit, “de meeste staf komt zelf uit een crisis en is door een proces gegaan. Ze hebben een deel van hun leven met de kans op beter betaald werk ervoor opgegeven om bij ons te blijven. We kennen elkaar al meer dan vijftien jaar en er is vertrouwen en respect. We zien elkaar elke week en delen waar we tegenaan lopen.”

Altijd ruimte voor één meer
Overweldigd door de grote nood zijn Tabitha en Abner niet. “Ik wil iedereen wel redden, maar ik kijk vooral naar wat ik vandaag kan doen. Gods genade en liefde zijn elke dag nieuw,” reageert Tabitha. Ze weigeren dan ook vrijwel niemand. “Er is altijd ruimte voor één meer.” Abner vindt het het moeilijkst als mensen weg gaan, terwijl ze er nog niet klaar voor zijn: “Maar iedereen heeft een vrije keus.”

Tabitha en Abner met hun twee jongste kinderen (Foto: Jaap Maars)

Na de zomer gaat hun oudste zoon bij Tabitha’s zus in Aalsmeer wonen. Hij gaat studeren aan de internationale school. Veel zendelingen keren dan terug. “Ons werk in Cebu zit er nog niet op. Gods hart gaat naar deze mensen uit en daarom kunnen wij dit werk doen. We gaan waar Hij ons roept en dat is nu nog in de Filipijnen,” besluit Abner. Hulp vanuit Nederland is welkom. “Mensen met een hart om te dienen kunnen ons financieel steunen en mensen die geloven kunnen voor ons werk bidden.” Klik hier voor meer informatie.

 

 

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *




banner_martinez
adv desiree klein
mjk-advies
LJ-de-Vries
S4H
flower art museum
historische tuin
banner_martinez
adv desiree klein
mjk-advies
LJ-de-Vries
S4H
flower art museum
historische tuin