De Stichting Voedselbank Aalsmeer ontfermt zich momenteel over 43 huishoudens. Die krijgen voedselpakketten, en daarmee worden “ongeveer 140 monden” gevoed. Dat meldde voorzitter Koos Koelewijn bij de presentatie van het allereerste jaarverslag van de voedselbank vorige week woensdag.
De cliënten halen hun pakket elke donderdag af in een loods aan de Aalsmeerderweg. “Je ziet veel dankbaarheid bij ze. Zeker van degenen die voor het eerst komen,” zei Koelewijn. “Laatst was er zo iemand. Ze kwam aan de late kant en er stond nog één pakket op tafel. 'Wat mag ik eruit pakken?' vroeg ze. 'Alles.' Dat was dikke tranen.”
Door de molen
Tranen vloeien ook vaak als mensen voor een intake-gesprek komen, om te zien of ze recht hebben op een pakket. “Ze worden dan een uur lang behoorlijk door de molen gehaald. Ze vertellen hoe het zover gekomen is, en voor zo'n verhaal moet je de tijd nemen.” Ook hun financiële situatie wordt nauwgezet onder de loep genomen. Ze moeten hun inkomsten en uitgaven kunnen verantwoorden, over een periode van drie maanden. Overigens staat voor de stichting hun privacy voorop.
Na enkele maanden volgt een her-intake om te kunnen beoordelen of de situatie veranderd is. “Sommigen komen twee maanden hun pakket ophalen, anderen zijn van begin af aan klant. Er is veel doorstroming en uitstroom.”
Groei vanaf start
In 2013 vonden er 92 intake-gesprekken plaats, waarbij in 20 gevallen een afwijzing volgde. Aan het eind van het jaar, dat in januari begon met het uitdelen van drie pakketten, telde de voedselbank 39 klanten. Inmiddels zijn dat er 43. Pakketten zijn er in drie soorten: voor een tot twee personen, voor drie tot vijf personen en voor zes-plus-huishoudens.
Van begin af aan is er volgens Koelewijn groei geweest. “En niet omdat de normen losser zijn geworden.” Aanmeldingen voor de voedselbank komen binnen via de website, mond-tot-mondreclame en instanties als Vita, Vluchtelingenwerk, Humanitas en de gemeente.
100% vrijwilligers
De voedselbank draait voor 100% op vrijwilligers. Iedereen meegerekend zijn dat er circa zeventig. “Ze komen vanzelf,” zegt Koelewijn niet zonder trots. Ook komen ze binnen via de Vrijwilligerscentrale. In zijn ogen is het een van de mooiste vormen van vrijwilligerswerk, omdat je mensen directe hulp geeft en er “blije gezichten” voor terugkrijgt.
De Aalsmeerse organisatie is aangesloten bij de Vereniging van Nederlandse Voedselbanken. Het lidmaatschap betekent recht hebben op een basishoeveelheid voedsel. “Dat is ongeveer de helft van het pakket. Om er een volwaardig pakket van te maken moeten we de rest aanvullen.”
De voedselbank komt onder meer aan het extra benodigde voedsel via de inmiddels bekende acties bij supermarkten onder het winkelend publiek. Maar ook bedrijven, sportverenigingen, kerken en bijvoorbeeld hobbytuiniers die groente over hebben, behoren tot de leveranciers. Ook met “spontane acties”. Bovendien is er samenwerking met de voedselbanken in Uithoorn en Haarlemmermeer.
OostOogst
Koelewijn maakte verder melding van een project met biologische groente op een kwekerij in Oost. Onder de naam OostOogst worden er ook speciaal producten geteeld ten bate van de voedselbank. Als voorzitter kreeg hij dezer dagen de eerste sla officieel overhandigd.
“Het mes bij OostOogst snijdt aan twee kanten. Want het is gezond voedsel. En vrijwilligers en cliënten van ons werken daar; een mooi voorbeeld van de participatiemaatschappij.”
Nul cent
Met sponsorgeld en ingezameld geld kan de Aalsmeerse organisatie draaien en activiteiten opzetten. “Voor het eten wordt niet betaald,” stelde Koelewijn nadrukkelijk vast. “Daar geven we nul cent aan uit.”
Wat er aan voedsel binnenkomt, wordt verdeeld over de pakketten. Ook bijvoorbeeld restanten van kerstpakketten. Alcoholische drank daaruit gaat niet naar de klanten, maar wordt gebruikt voor bijvoorbeeld een relatiebijeenkomst, zoals woensdag.
Jammer
In het dezer dagen verschenen jaarverslag wordt tevreden teruggekeken op het eerste “enerverende en succesvolle” jaar. Het stichtingsbestuur wilde op 21 mei graag een keer goed aan zijn relaties uitleggen hoe het allemaal begonnen is en zich ontwikkelt, hoe de organisatie opereert en wie eraan meewerken. Er waren ondernemers, politieke partijen en kerken op afgekomen, en die waren onder de indruk van het werk van – wat Koelewijn met een knipoog noemt – “de snelst groeiende bank van Nederland”.
“We horen vaak zeggen dat het jammer is dat we nodig zijn. Het is ook jammer,” aldus de voedselbankvoorzitter. “Maar we zijn er blij mee dat we het kunnen en mogen doen. We doen iets zinvols voor een categorie mensen die het veel minder goed hebben dan wij.”
● Meer informatie op website van Voedselbank Aalsmeer
● Klik hier voor interview met Koos Koelewijn over één jaar voedselbank
Foto's: (boven) Koos Koelewijn in het uitdeelcentrum aan de Aalsmeerderweg (archieffoto AV); (midden) de kwekers Inge en André Zekveld overhandigen de eerste sla aan Koelewijn; (onder) de eerste kroppen verpakt voor de cliënten van de voedselbank (foto's sla: Ap Eigenhuis)
Eén reactie
Persoonlijk heb ik de fam. Koelewijn als zeer hardwerkende ondernemer van dichtbij leren kennen. Ik vind het echt geweldig dat ze zo bevlogen in het verhaal staan voor anderen!!!!
.