Voorzitter Leo Bertoen trots op ‘De Tuin’

Vraag hem niet naar de latijnse naam van het Lelietje van Dalen of naar de bloeitijd van de Pelargonium zonale, twee gewassen op de Historische Tuin. Toch heeft Leo Bertoen, voorzitter van De Historische Tuin, het museum en de Tuin al vele jaren in zijn hart gesloten. “Met de Historische Tuin heeft Aalsmeer een toptrekker in handen.”

 

Een zomerse oktoberdag die zijn weerga niet kent. Blauwe lucht, aangenaam warm zonnetje er bij. Leo Bertoen die ik op zijn verzoek bij zijn voornaam zal aanduiden heeft er voor gekozen dit gesprek op 'De Tuin' te voeren.

Het zal die middag trouwens niet alleen gaan over de Historische Tuin, want Bertoen is een veelzijdige gesprekspartner die op velerlei gebied plaatselijk en ook daarbuiten actief is.

 

Bertoen is geboren in Uithoorn.

”Ik was twintig jaar Uithoornaar, twintig jaar Kudelstaarter en nu twintig jaar Aalsmeerder, of eigenlijk, Buurter.”

 

Buurter. Kun je dat worden?

(antwoord komt snel) “Ik voel me in ieder geval wel thuis op de Uiterweg, maar ik had het ook in Kudelstaart en Uithoorn naar mijn zin.”

Dat geldt ook voor zijn functie als voorzitter van de Historische Tuin, de bloemrijke Aalsmeerse attractie die hem vanaf het begin niet onbekend was. In 2010 nam hij de voorzittershamer over van Jan Broere.

 

Subsidiespecialist

“Ik was in dienst van de gemeente Aalsmeer en de tuin was toen onderdeel van de gemeente. Ik had daar mee te maken. In februari 1975 is de grond destijds aangekocht door de gemeente en in januari 1978 is de Stichting Historische Tuin opgericht. Onze afdeling was er nauw bij betrokken. Ik deed in die tijd de bestuursacademiie, een PBO-overheidsopleiding. Ik ben na mijn functie bij de gemeente zelfstandig doorgegaan als subsidiespecialist met een eigen adviesbureau. Ook de veiling werd een klant van me. Zo vroegen we als bureau bijvoorbereld subsidies aan bij innovaties, zoals voor de nieuwe kettingbanen in de veiling, bij het project Locatie Onafhankelijk Inkopen en bij de automatisering van de fustwasstraat. Dus eigenlijk ben ik voor een groot deel van mijn werkzaam leven indirect bezig geweestin de agrarische sector, zowel in binnen-land als buitenland.Ik heb in het verleden eens een groep opgericht van subsidie-advieskantoren in Europa.”

 

Bertoen stopte zijn werkzaam leven op zijn vijftigste. Maar verveelde zich daarna nooit. We zien hem nog veelvuldig bezig op allerlei ander gebied. Laten we met de Historische Tuin beginnen.

 

Open karakter

“Kijk, mijn vak omvatte alles wat met subsidies aanvragen had te maken, maar ook zaken betreffende ruimtelijke ordening zijn altijd mijn hobby geweest. Ik kwam veelvuldig op de Historische Tuin en toen Jan Broere als voorzitter opstapte werd ik in zijn plaats gevraagd. Ik maakte in die tijd al deel uit van het algemeen bestuur. De nadrukkelijke wens van het bestuur was in die tijd: 'geef de Tuin een meer open karakter.' De Tuin is altijd gedreven geweest door liefhebbers, maar, zo was de wens, de Tuin moet ook meer toegankelijker worden en ook aantrekkelijker voor mensen van buiten. Er is in de laatste jaren enorm veel veranderd.”

 

Succesvolle formule

Leo spreekt van een succesvolle formule. Regelmatig worden er hier dankzij vaardige keurmeesters/liefhebbers veilingverkopen georganiseerd, waarbij zowel Nederlands als ook buitenlands publiek in de door voornamelijk bloemenexporteurs gesponsorde veilingbanken van de veiltechnieken kunnen kennis nemen.

 

“De oude decoklok van voormalig Bloemenlust is een aanwinst gebleken. Jaarlijks hebben we ook de wedstrijd tussen inkopers om de Gouden Knop en ook dat is een succes. We hebben nu de overdekte de corridor, hebben de museumruimte in de oude stal van de Stichting Oud Aalsmeer en zo is er de laatste jaren duidelijk een groei geweest in de bezoekersaantallen. We streven er meer naar de tuin te laten uitstralen dat we niet alleen een museum zijn waar men kan zien hoe oude gewassen geteeld worden, maar meer en meer willen we een centrale rol spelen op divers gebied.”

 

Vrijwilligers

Naast  de twee vaste krachten 'drijft' de tuin op een groot aantal vrijwilligers.Het zijn er inmiddels honderd.

”We zouden zonder de vrijwilligers niet kunnen bestaan, Dat zou een probleem zijn en nieuwe vrijwilligers zijn nog steeds welkom. Er zijn veel oud-kwekers met een grote kennis, maar dat zijn ook niet meer de jongsten dus we kunnen altijd weer nieuwe vrijwilligers gebruiken. Het wordt wel steeds moeilijker mensen te vinden die pro deo bereid zijn om in de tuin te komen werken. De vrijwilligers hoeven echt niet allemaal groene vingers te hebben, want er blijven genoeg andere werkzaamheden over, schilderen, timmeren, electriciteitswerkzaamheden, bij de receptie of plantenverkoop.”

 

Gouden greep

Het Tuinhuis, Dat is toch een gouden greep gebleken, want de bezoekersaantallen stegen mede dankzij de bouw hiervan enorm.

 “Ja, dat is ook allemaal geweldig snel gegaan. Noem het crowdfunding, wij spraken over obligaties die konden worden aangeschaft om gelden bijeen te brengen en in een mum van tijd waren die verkocht. En sindsdien komen meer bezoekers van buiten. Zij lunchen in het Tuinhuis, maken een rondvaart en bezoeken de Tuin. De combinatie werkt uitstekend.”

 

Tuin als lab

Het Tuinhuis kwam en werd een succes. Inmiddels zijn er jaarlijks diverse succesvolle evenementen die veel bezoekers trokken, zegt hij.

“We hebben hier ROOZZ, de top van de internationale en nternationale rozenveredelaars laat het beste van het beste zien tijdens het Flower Festival. Er zijn dan allerlei activiteiten zoals het schilderen door kinderen in de pakschuur, er is muziek. In december hebben we weer de kerstmarkt van de Lions Ophelia. We hebben ook contacten met Amsterdam City Marketing en we waren ook deelnemers in de manifestatie van de 25 botanische tuinen in Nederland, De Tuin als lab. We zien ook steeds meer mensen hier die niet uitsluitend komen voor de oude gewassen, maar er een dagje Aalsmeer van  maken.”

 

Flower Festival

Nu zijn er plannen voor Floriworld. Zie je er wat in?

“We zullen wel zien wat dat eventueel gaat worden. Als het goed is voor de recreatie en het toerisme Aalsmeer en er zal een verbinding zijn te leggen met de Historische Tuin, dan zou dat mooi zijn. We moeten wel oppassen dat de verwachtingen niet te hoog zijn gesteld.”

 

Naast het voorzitterschap van de Historische Tuin maakt Bertoen ook deel uit van het bestuur van de Stichting Korenmolen De Leeuw en gidst hij graag als rondleider regelmatig groepjes belangstellenden over de Tuin en door het dorp. En dan is er nog het Flower Festival, dat volgend jaar zijn lustrum viert en waarbij Leo Bertoen ook nauw betrokken is.

 

“Er zullen daar ook dingen gaan veranderen. Het is wel opvallend dat het Flower Festival steeds meer bezoekers van elders trekt. Dit jaar stapten er al heel vroeg vlak voor de Tuin al twintig Japanners uit de auto om hier op bezoek te komen. Prachtig toch. Dan ziet je dat de Citymarketing werkt”

 

Tekst: Leni Paul    Foto's Jaap Maars

 

(advertentie)