Roel de Jong draagt apotheek Groen over aan nieuwe generatie

Voor directeur/eigenaar Roel de Jong van Apotheek Groen was 31 december 2017 zijn laatste werkdag. Er wacht hem nu een zee van tijd, zegt hij hoewel hij, indien nodig, nog wel hand- en spandiensten zal blijven verrichten in de apotheek die wordt voortgezet door dochter Carolien en vaste kracht Jacques Schmitz.

De 63-jarige Roel Arie Wouter de Jong oogt veel jonger dan zijn leeftijd aangeeft. Hij moet nog wennen aan de nieuwe tijdsindeling, zegt hij opgewekt. “U treft me op mijn eerste vrije dag. Ik ben gaan koffie drinken in de Nieuwe Meer. Ineens heb je veel vrije tijd.”

Eerst een korte terugblik op de in Scheveningen geboren De Jong die de HBS-B doorliep. “Ik zat in de allerlaatste klas van dit schooltype. De HBS verdween toen. Daarna een studie pharmacie, ik hield altijd van schei-, natuur-en wiskunde. Een studie van acht jaar, het was toen de langste studie. Daarna kwam ik in de Aalsmeerse apotheek Groen, bij mevrouw Warning, terecht.”

U ging wonen in Kudelstaart waar al snel de tweede apotheek Groen verrees.

“Toen we die stichtten ben ik daar gebleven en ik heb er zo'n twaalf jaar gewerkt. Toen Olga (Van der Zwaard-Warning, red.) een stapje terug deed, vonden we een modus die voor beide partijen aantrekkelijk was en toen ben ik weer in de Aalsmeerse vestiging teruggekomen.”

Hoe voelde u zich als inwoner van Kudelstaart? Dochter Carolien vult het antwoord snel in: “Ja, hij was wel Kudelstaarter, maar hij was geen Buskermolen en speelde ook geen korfbal.”

De Jong vult aan: ”Ik denk dat het hier in Aalsmeer gemakkelijker werkt. Of mijn opvolgers de zaken anders gaan aanpakken? Misschien in wat kleine dingen, maar ze gaan niet meteen het roer omgooien.”

U bent 63, laat een goed lopende, moderne apotheek op een mooi punt achter. Nu treedt u terug. Waarom, u bent nog redelijk jong.

“De reden is tweeledig. Ten eerste heb ik veel jaren van zeven uur 's morgens tot zes uur 's avonds gewerkt. Je bent voortdurend dienstverlenend bezig. Ten tweede wil Carolien, die nu 33 is, graag zelfstandig doorgaan en Jacques Schmitz heeft ook de leeftijd dat hij het graag wil overnemen. Samen gaan ze door.” (zie foto)

Terugkijkend op uw leven als apotheker: welke opmerkelijke gebeurtenissen springen er uit?

“In de jaren '80 kregen we de computers. Dat vroeg om een andere aanpak. Wij waren één van de eersten in de Aalsmeerse gezondheidszorg die op computers over gingen. Momenteel werken alle artsen er mee. En nog een gebeurtenis die me in herinnering blijft. Toen we nog op de Van Cleeffkade waen gevestigd hadden we ook nog nachtdienst. Mensen konden dag en nacht aankloppen voor het afhalen van medicijnen. Het is toen een keer gebeurd dat ik vanuit Kudelstaart uit mijn huis naar de apotheek aan de Van Cleeffkade was gekomen om een klant te helpen en ik de deur van de apotheek achter me dicht trok. En daar stond ik zonder sleutel en zonder jas op straat en kon ik niet meer naar binnen komen.”

Ongetwijfeld volgt u de maatschappelijke discussie die er alom wordt gevoerd over de farmaceutische industrie. Dagelijks horen en lezen we de niet-aflatende kritiek op deze bedrijfstak en met name kritische huisartsen laken de rol van de farmaceuten. De laatsten congresseerden vaak, tezamen met uitgenodigde huisartsen liever in luxueuze, exotische oorden ver weg dan in een Fries dorpje, om hun nieuwe medicijnen te promoten.

De Jong: ”Dat is echt wel voorbij, hoor. Veel zaken in de medische sector waren de laatste jaren aan verandering onderhevig. De maatschappij is veranderd en zo ook de gezondheidszorg. We zijn tot veel in staat, maar zijn we ook bereid daarvoor te betalen? De politiek zal op een gegeven moment zeggen, tot hier en niet verder. En het zo vaak bekritiseerde beleid van de farmaceutische industrie om artsen en andere betrokkenen in de watten te leggen is echt voorbij. Er mogen zelfs geen zakjes drop of flesjes water meer worden meegegeven. Ik heb trouwens nooit echt in het circuit gezeten. Overigens waren die congressen echt best nuttig, onder meer voor het onderling uitwisselen van ervaringen.”

Wat volgens De Jong in de apotheek ook veranderde is de vraag naar homeopathische middelen.

“Overal zijn meer gezondheidswinkels gekomen, dat is het tijdsbeeld. En wat de  vraag in de apotheek betreft, we zien een stijgende lijn in de afgifte van middelen tegen hart- en vaatziekten en een afname in de vraag naar valium en slaapmiddelen zoals benzodiazepines.”                       

Er zijn apothekers die kostenbesparend hun eigen pillen weer gaan maken, zoals ook in het verleden wel gebruikelijk was. De Jong neigt niet naar deze werkwijze, die hij wel kent van de Regenboogapotheken, zo laat hij weten.

U krijgt veel vrije tijd en een andere invulling van die tijd.

“Ja, het schrikbeeld van het achter de Geraniums zitten doemde best wel op. Echte hobbies had ik nooit, ook nooit tijd voor gehad. Ik ben ook nooit zo'n sociaal dier geweest en Aalsmeer zelf is ook niet zo toegankelijk. Ik ben nu gaan tennissen. Ik heb het nu één keer gedaan en was daarna zo stijf als een deur. Inmiddels heb ik een Labradoodle aangeschaft en mijn vrouw Heleen en ik zijn met de hond op cursus gegaan. Ik wil niet zinloos wandelen, je moet een doel hebben en met een hond heb je, verwacht ik, plezier. Ik hoop daarmee wandelingen te gaan maken. Je kan toch niet elke dag bij vrienden op bezoek gaan. En ach, je tempo wordt ook lager en mijn tijd wordt vast wel gevuld.”

Tekst: Leni Paul, foto's Arjen Vos