Column: ‘Van Aardbeienbrug tot Zandzakkenrace’

Onze columnist van deze week neemt u mee naar de tweede letter van ons alfabet en naar een plek van bezinning. Bij zowel de korte als de lange ronde langs deze plek roept hij op voor een beetje respect voor hen die voor altijd in onze gedachten zijn.

Door: Erik van Itterzon. Van Aardbeienbrug tot Zandzakkenrace. Ik hoop ze allemaal met u door te lopen. De Aardbeienbrug kunnen we afvinken, daar hebben we het over gehad, dat heeft tot een mooie replica geleid waarmee we jaren voort kunnen. Sommigen van u hopen wellicht dat we van de A verspringen naar de Z van Zandzakkenrace, maar dan juicht u te vroeg. Dit was pas de eerste Zandzakkenrace en u kent het spreekwoord ‘Eén zandzakkenrace maakt nog geen zomer’, dus eerst maar eens zien of het een blijvertje is, die Zandzakkenrace. We volgen keurig het alfabet en zijn vandaag bij de B van Begraafplaats.

Ik kom er graag en veel, het is een mooie plek. Ik heb er twee opties, het korte en het lange rondje. Heb ik weinig tijd, het korte rondje en heb ik alle tijd van de wereld het lange rondje. Het korte rondje begint vaak bij de urnenmuur, bij m’n vader, de geranium krijgt water, de stenen uit Italië en Noorwegen staan er keurig bij. Het moet wel heel hard waaien voordat die omgaan. Omdat ik er toch ben doe ik Ton z’n vader de groeten en loop verder. Bij het strooiveld denk ik even aan Joost B. en loop langs de steen van Cees. Laatst realiseerde ik me dat ik inmiddels ouder ben dan Cees ooit geworden is. Een krankzinnig idee, al weet ik ook niet goed wat ik ermee moet. Dan bij dr. Oei linksaf, naar het graf van m’n schoonouders. Dirk heb ik niet eens gekend, Nies des te beter. Ze hebben een prachtig tuintje, waarin natuurlijk de cyclamen niet ontbreken. Dan door naar oma. Oma lijkt niet in Aalsmeer maar ergens in het zuiden van Frankrijk begraven, wat een lavendel! Het korte rondje eindigt al weer bijna drie jaar bij het graf van Maria, vandaar terug naar de fiets. Het lange rondje brengt me bij Johan, die al m’n Citroëns in onderhoud had. Laatst ontdekte ik dat de schoonzoon van Johan m’n Berlingo onderhanden had genomen, hoe mooi is dat. Langs Luuk, even aan bij Peter, Walter niet vergeten en natuurlijk meester René.

Ik schreef eerder over de begraafplaats, in de Aalsmeerder Courant van 26 november 2003. Uit dat stukje: “en wat prettig, dat hier nog tuinmannen rondlopen, die genoeg tijd, geld en liefde hebben om het hier goed te onderhouden.” Dat zou ik nu niet meer zeggen, niet meer kunnen zeggen. Het onderhoud van de begraafplaats is kennelijk in handen gevallen van boekhouders en managers die de dag in blokjes van tien minuten opsplitsen. Tijd en geld zijn er niet meer, dus hangt het af van de liefde. De liefde voor het vak van de paar mensen die er nog werken. Maar wat heb je aan liefde voor je vak als alles in steeds minder uren moet. Begin juni zag het er op grote stukken van de begraafplaats niet uit, onkruid tussen de graven en onkruid op de paden. Vandaag was ik er en leek het iets beter, een van de tuinmannen was bezig het onkruid op de paden weg te branden. Ik wilde hem niet storen, heb hem vriendelijke toegeknikt. Bedacht me dat als hij aan het eind van de begraafplaats is, het onkruid aan het begin van de begraafplaats de macht weer heeft overgenomen.

Statistisch gezien hebben raadsleden ook ouders, opa’s en oma’s. Raadsleden lopen vast ook af en toe over de begraafplaats. Zij verbazen zich dan toch ook over de staat van het onderhoud? En zij kunnen er iets aan doen! Het hoeft niet altijd over doelen te gaan die in 2030 gerealiseerd moeten zijn, of over de onderlinge samenwerking, het mag ook over concrete onderwerpen gaan waar snel iets aan te doen is.

Raadpleeg meer tuinmannen, minder boekhouders en zorg dat het onderhoud van de Begraafplaats weer goed geregeld wordt. En nee, oplossingen die voor het groen op rotondes mogelijk wél werken gaan we hier niet goedkeuren. Dus geen bordjes met “Dit gedeelte van de begraafplaats wordt onderhouden door DELA uitvaartverzekeringen”. Een beetje respect voor de mensen ‘die voor altijd in onze gedachten zijn’ is toch niet teveel gevraagd?

Erik van Itterzon is boekhandelaar in Hoofddorp. Wat hem hier in het dorp niet lukte, fikst hij in de grote polder. Literatuurliefhebber pur sang. Brengt desnoods de boeken bij u thuis. Scherpe pen, gedrenkt in relativeringsvermogen en humor. Eigenwijze kerel.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *





banner_martinez
adv desiree klein
mjk-advies
LJ-de-Vries
S4H
flower art museum
historische tuin
adv-Toneel
banner_martinez
adv desiree klein
mjk-advies
LJ-de-Vries
S4H
flower art museum
historische tuin
adv-Toneel