Burenruzies bijgelegd dankzij ‘Beter Buren’

Avond aan avond de rook van een vuurkorf inademen. De buurjongen die met zijn brommer over de stoep scheurt. Overhangende takken op het trottoir. Allemaal irritatties die tot burenruzies kunnen oplopen. Als buren er onderling echt niet meer uitkomen, kunnen ze zich richten tot Beter Buren.
 
Beter Buren is een fenomeen dat eind jaren negentig overgewaaid is uit San Francisco, Amerika. Drie mediators uit Amsterdam begonnen er in 2004 de Stichting Buurtbemiddeling Amsterdam (SBA) door. Ze dachten dat de methode ook in de stad succesvol kon zijn. Dat bleek. Wat begon in een stadsdeel is nu uitgegroeid tot een organisatie die opereert van Wormerveer tot en met Kudelstaart. Het aantal verzoeken om hulp bij burenruzies is nog steeds groeiend. In 2015 werden er ruim 1800 aanvragen gedaan voor hulp bij een geschil. Circa 40 daarvan kwamen er uit Aalsmeer en Kudelstaart. AalsmeerVandaag ging in gesprek met projectleider Jeanine de Koster om te kijken of de problematiek in Aalsmeer anders is dan in de stad.
 
Machines en mensen
Uit het jaarverslag van de stichting blijkt dat geluidsoverlast door apparaten en door personen de meest voorkomende problemen zijn in het werkgebied van Beter Buren. Wat dat betreft verschilt het niet of nauwelijks met de rest van Nederland. In Aalsmeer ligt het accent volgens de projectleider iets meer op tuinen met overhangende takken die op auto’s van de buren lekken en op klachten over het parkeren van auto’s. Maar de aanleiding voor burenruzies kunnen heel divers zijn. Het kan ook gaan om geluidsoverlast, om een hek, om overlast door kinderen, overlast van dieren, vernielingen, rommel of vuilnis bij de woning of om vreemde geuren.
 
Opgebouwde irritaties
“Iets simpels is vaak de aanleiding tot een burenruzie. Het kan komen door in maanden of jaren opgebouwde irritaties. Mensen kunnen dan niets meer van elkaar velen,” vertelt De Koster, “er zit vaak opgebouwde emotie achter een burenruzie. En hoe langer het duurt hoe erger het is. Ik vind dat mensen zo snel mogelijk moeten bellen. Daarbij is het niet aan ons als buurtbemiddelaar om te beoordelen wie er gelijk heeft. Ons gaat het altijd om het gezamenlijk belang van buur één en buur twee.”
 
Zelf oplossen
Beter Buren wordt ondersteund door woningbouwverenigingen, door gemeenten en door de politie. De gedachte hierachter is het idee buren geholpen worden om zelf hun problemen op te lossen. Dat helpen wordt gedaan ook weer door bewoners die zich vrijwillig inzetten. Burgerparticipatie in optima forma zo valt te op te maken uit het handboek buurtbemiddeling van het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (CVV). Volgens het CVV draagt buurtbemiddeling bij aan burgerbetrokkenheid, veiligheid, sociale samenhang en leefbaarheid in de wijk.
 
Eén telefoontje genoeg
Het is ook hetzelfde CVV dat de kwaliteit van de buurtbemiddeling bewaakt door de resultaten regelmatig te meten en professionals als projectleider Jeanine de Koster te ondersteunen. “Het is een landelijke methode die overal gelijk is,” vertelt de projectleider, “dat is ook de kracht er van. Bewoners weten ons ook steeds beter zelf te vinden. We vragen aan het begin altijd of buren al met elkaar hebben gesproken. Soms is dan een telefoontje al genoeg om het probleem op te lossen. Zo niet dan gaan we eerst apart in gesprek met buur één en met buur twee en als dan blijkt dat buren bereid zijn om met elkaar te praten, volgt een ontmoeting op neutraal terrein. Vaak is één zo’n bemiddeling voldoende.
 
In bijzondere gevallen doen we nog wel eens een tweede gesprek, maar in principe moet het met één gesprek en een serie afspraken die op papier zijn gezet klaar zijn. Dat lukt in tweederde van de gevallen. Lukt het niet dan kunnen we een coach inzetten om mensen te helpen een stap verder te zetten richting bemiddeling. Lukt dat ook niet dan gaan we mensen doorverwijzen want we zijn geen hulpverlener of advocaat. En aan familieruzies doen we ook niet aan. Alles wat we doen staat in het teken van bemiddeling.”
 
Vrijwilligers drijvende kracht
Zoals op steeds meer plaatsen in onze samenleving zijn het de vrijwilligers die het project Beter Buren handen en voeten geven. Dat om werk gaat dat niet lichtzinnig kan worden opgepakt blijkt wel uit de eisen die Beter Buren aan bemiddelaars stelt. Een bemiddelaar moet niet alleen betrouwbaar en neutraal zijn, maar ook sociaal vaardig en daar bovenop een dor het CVV goedgekeurde basistraining bij ons hebben gevolgd. “Wij hebben met onze vrijwilligers de afspraak dat ze bij een nieuwe zaak binnen een week moeten reageren. En dat lukt. Het is wat ons project overeind houdt, de goodwill en de inzet van onze vrijwilligers.”
 
Burenruzies zijn er genoeg
Wijkagent Erik van den Brun beaamt dat een deel van de kracht van Beter Buren juist ligt in die vrijwilligers die de couleur locale kennen zoals hij dat noemt. “Burenruzies zijn er genoeg,” vertelt hij. “In 2015 zijn we 21 keer met de auto ter plaatste geweest bij een burenruzie en dit jaar al 15 keer. Een aantal van die incidenten melden wij aan Eigen Haard of aan Beter Buren. Dat het totaal aantal klachten over burenruzies groter is dan Beter Buren bemiddelt, is duidelijk.
 
Bij een melding bekijken wij altijd de historie. Soms kan één telefoontje van ons genoeg zijn als het bijvoorbeeld gaat over een jongen die voortdurend met zijn brommer over de stoep rijdt waar de buurt zich aan ergert. Als ik het gevoel krijg  dat het gierend uit de hand kan lopen, meld ik het toch eerst bij de woningbouwvereniging. Een enkele keer ontaardt het in geweld. Dan ligt er meestal een diepgeworteld conflict waarbij alleen verhuizen nog een oplossing biedt.”
 
Vuurkorf
Van den Brun is goed te spreken over Beter Buren, over de manier van werken en over de resultaten die er zijn. Hij denkt dat burenruzies vaak ontstaan door onbegrip en door onwetendheid. “Mensen hebben vaak helemaal niet door dat ze overlast veroorzaken. Dat kan bijvoorbeeld zijn met een vuurkorf in de tuin die rookoverlast bezorgt. Als je er dan gewoon even op af stapt, is het vaak al opgelost. Zo is het ook met Beter Buren. Het is de kracht om mensen aan tafel te krijgen die de wil hebben het op te lossen.”
 
Soms zie je gearmd naar buiten lopen
Mediator Ben Schoenmaker is één van de 10 bemiddelaars in Aalsmeer. Sinds een jaar of drie doet hij gemiddeld zo’n zes bemiddelingen per jaar. “Wat wij doen is in wezen de communicatie op gang brengen, zodat buren begrip voor elkaar kunnen krijgen. Dat wat botst laten samenvloeien, daar gaat het om. Naar de rechter stappen kost tijd, geld en levert alleen maar negatieve energie op. Als bemiddelaar help je mensen zelf naar oplossingen te gaan zoeken. Ik zeg altijd: wie met modder gooit krijgt vieze handen. Wij proberen juist de energie vrij te krijgen die wel werkt. Dat er rekening met elkaar wordt gehouden en dat ze begrip voor elkaar krijgen. Soms zie ik ze dan zelfs gearmd naar buiten gaan, daar ligt mijn passie.”
 
Beter Buren is bereikbaar via de website www.beterburen.nl of telefoonnummer 085-9022810
 
Tekst Jan Daalman
 
Foto's (boven) Jeanine de Koster, (onder) Ben Schoenmakers. Foto's van tuinen zijn willekeurig en hebben geen relatie met het verhaal. foto's Arjen Vos

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *





banner_martinez
adv desiree klein
mjk-advies
LJ-de-Vries
S4H
flower art museum
historische tuin
banner_martinez
adv desiree klein
mjk-advies
LJ-de-Vries
S4H
flower art museum
historische tuin